• Gebruik om veiligheidsredenen geen geoliede, versleten of defecte instrumenten die niet soepel werken. Het is mogelijk
dat in dit geval het instrument niet voldoende stevig in de klem van het handstuk past.
• Plaats enkel droge instrumenten in het handstuk.
• Gebruik enkel roterende instrumenten met een cilindrische schachtdiameter van 2,35 mm.
Meer informatie vindt u in DIN EN ISO 1797-1.
• Roterende instrumenten moeten droog bij kamertemperatuur worden bewaard op een plaats waar ze tegen de inwerking
van zonlicht, warmte en vocht zijn beschermd.
• Roterende instrumenten moeten in geschikte rekken, bakken of andere houders worden opgeborgen.
8.2 HET HANDSTUK VAN DE MOTOREENHEID LOSKOPPELEN
Om het handstuk van de motoreenheid los te koppelen, gaat u als volgt te werk:
(1) Draai de buitenhuls naar de open stand en verwijder alle bits of
veiligheidspinnen uit het handstuk. Het rechte streepje moet op
één lijn liggen met de driehoek (zie afbeelding).
(2) Verwijder de buitenhuls van het handstuk door deze recht naar u
te trekken - niet draaien of buigen.
(3) Verwijder nu de binnenhuls van de motoreenheid door deze recht
naar u te trekken.
(4) Het handstuk is nu van de motoreenheid losgekoppeld en kan
worden gereinigd en/of ontsmet.
OPEN
2
8.3 HET HANDSTUK AAN DE MOTOREENHEID BEVESTIGEN
Om het handstuk aan de motoreenheid te bevestigen, gaat u als volgt te werk:
(1) Duw de binnenhuls op de motoreenheid en druk beide componenten samen tot u voelt en hoort dat de binnenhuls op
zijn plaats klikt op de motoreenheid. Zorg ervoor dat u de smalle opening op de smalle rand en de bredere opening op de
bredere rand plaatst (zie afbeeldingen).
Afbeelding 11 - Het handstuk uit elkaar halen
Narrow opening fits
over narrow grip.
Afbeelding 12 - Montage van de binnenhuls aan de motoreenheid
OPEN
1
3
Narrow opening fits
over
grip.
wide
- 12 -