Dataverkeer in- of uitschakelen
Tik vanaf het Startscherm op
1
Ga naar en tik op Instellingen > Datagebruik.
2
Tik op de aan-/uitschakelaar naast Mobiel dataverkeer om het dataverkeer in
3
of uit te schakelen.
U kunt dataverkeer ook in- of uitschakelen door het selectievakje Mobiel dataverkeer onder
Instellingen > Meer... > Mobiele netwerken te selecteren of deselecteren.
Een waarschuwing voor gegevensgebruik instellen
Zorg ervoor dat u gegevensverkeer hebt ingeschakeld.
1
Tik op het Startscherm op
2
Ga naar en tik op Instellingen > Datagebruik.
3
Als u het waarschuwingsniveau wilt instellen, sleept u de lijnen naar de
4
gewenste waarden. U ontvangt een waarschuwingsbericht wanneer de
hoeveelheid gegevens het ingestelde niveau nadert.
Een limiet voor gegevensgebruik instellen
Zorg ervoor dat u gegevensverkeer hebt ingeschakeld.
1
Tik op het Startscherm op
2
Ga naar en tik op Instellingen > Datagebruik.
3
Schakel het selectievakje Mobiele datalimiet instellen in indien dit is
4
uitgeschakeld en tik dan op OK.
Om de limiet voor gegevensgebruik in te stellen, sleept u de lijnen naar de
5
gewenste waarden.
Wanneer uw gegevensgebruik de limiet bereikt, wordt gegevensverkeer op uw apparaat
automatisch uitgeschakeld.
Het gegevensgebruik van individuele applicaties beheren
Tik op het Startscherm op
1
Ga naar en tik op Instellingen > Datagebruik.
2
Zoek en tik op de gewenste applicatie.
3
Schakel het selectievakje Achtergronddata beperken in.
4
Voor meer specifieke instellingen voor de applicatie tikt u op Instellingen voor
5
app weergeven en brengt u de gewenste wijzigingen aan.
Specifieke instellingen voor een applicatie zijn niet altijd beschikbaar.
De prestaties van individuele applicaties kunnen worden beïnvloed als u de betreffende
instellingen voor gegevensgebruik wijzigt.
Gegevens die via Wi-Fi® zijn overgebracht, weergeven
Tik vanaf het Startscherm op
1
Ga naar en tik op Instellingen > Datagebruik.
2
Tik op en schakel vervolgens het Wi-Fi-gebruik weergeven-selectievakje aan
3
als dit is uitgeschakeld.
Tik op het tabblad Wi-Fi.
4
Mobiele netwerken selecteren
Afhankelijk van welke mobiele netwerken in de verschillende gebieden beschikbaar
zijn, schakelt uw apparaat automatisch tussen de mobiele netwerken. U kunt uw
apparaat ook handmatig instellen om toegang te krijgen tot een bepaald type mobiel
netwerk, bijvoorbeeld WCDMA of GSM.
Een type netwerk selecteren
Sleep de statusbalk omlaag en tik vervolgens op
1
Ga naar en tik op Meer... > Mobiele netwerken.
2
Tik op Netwerkmodus.
3
Selecteer een type netwerk.
4
Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.
.
.
.
.
.
.
29