3.1 De positie van montagehaken markeren
Stap 1 – Meet en identificeer de positie van de montagehaken met een meetinstrument (C).
raadpleeg paragraaf 2.5 (p. 10) voor de aanbevolen haak- en railafstanden (respectievelijk H1 en R2)
Stap 2 – Gebruik een krijtje of markeerstift (B) om de dakpan te markeren die voor de montage moet worden
verwijderd.
Dit is de dakpan recht boven de dakpan waar de haak op gemonteerd wordt.
Gebruik dezelfde procedure om op een golfplaat- of felsdak te markeren.
R6 montagesysteem (rechtop en liggend)
installatiehandleiding
13