8 Configuratie
INFORMATIE
Indien
de
storingscode
desinfectiefunctie niet onderbroken wordt omdat er warm
tapwater genomen wordt, wordt geadviseerd het volgende
te doen:
▪ Wanneer de Warmtapwater > Instelpuntstand >
Warmhouden of Warmh + gprog wordt geselecteerd,
wordt geadviseerd het starten van de desinfectiefunctie
te programmeren minstens 4 uur na een voorzien
verbruik van veel warm tapwater. Deze start kan via de
installateurinstellingen
worden.
▪ Wanneer de Warmtapwater > Instelpuntstand > Uitsl
geprog geselecteerd wordt, wordt geadviseerd een
Opslag economisch? te programmeren 3 uur voor de
geplande start van de desinfectiefunctie om de tank al
voor te verwarmen.
INFORMATIE
De
desinfectiefunctie
temperatuur van het warm tapwater binnen de duurtijd 5°C
onder de desinfectie-eindtemperatuur valt.
INFORMATIE
Er doet zich een AH-storing voor wanneer u het volgende
tijdens desinfectie doet:
▪ Stel het gebruikertoegangsniveau in op Installateur.
▪ Ga
naar
de
warmtapwatertanktemperatuur (Tank).
▪ Druk op
om de desinfectie te onderbreken.
8.3.3
De instellingen voor de warmtebronnen
Back-upverwarming
Bedrijfsmodus van de back-upverwarming: bepaalt of de werking
van de back-upverwarming wordt uitgeschakeld, ingeschakeld of
alleen toegestaan tijdens het bereiden van warm tapwater. Deze
instelling wordt alleen genegeerd wanneer er back-upverwarming
nodig als er een storing in de warmtepomp is (als [A.5.1.2] op
handmatig of automatisch is ingesteld).
#
Code
[A.5.1.1]
[4‑00]
Werking van de back-upverwarming:
▪ 0: Uitgeschakeld
▪ 1 (standaard): Ingeschakeld
[A.5.1.3]
[4‑07]
Bepaalt of de tweede stap van de back-
upverwarming is:
▪ 1 (standaard): Toegestaan
▪ 0: NIET toegestaan
Hiermee kan de capaciteit van de back-
upverwarming worden beperkt.
Nvt
[5‑00]
Mag de back-upverwarming boven de
evenwichtstemperatuur werken tijdens
ruimteverwarming?
▪ 1 (standaard): NIET toegestaan
▪ 0: Toegestaan
[A.5.1.4]
[5‑01]
Evenwichtstemperatuur.
De buitentemperatuur waaronder de
back-upverwarming mag werken.
Gebied: –15°C~35°C (standaard: 0°C)
(stap: 1°C)
Uitgebreide handleiding voor de installateur
54
AH
verschijnt
en
de
(desinfectiefunctie)
ingesteld
start
opnieuw
wanneer
de
startpagina
van
de
Beschrijving
INFORMATIE
Alleen voor systemen met ingebouwde warmtapwatertank:
Indien
back-upverwarming
beperkt moet worden, maar toegestaan kan worden om
tapwater op te warmen, zet dan [4‑00] op 1, [5‑00] op 1 en
[5‑01] op –15°C.
INFORMATIE
Als het instelpunt van de opslagtemperatuur hoger is dan
55°C, adviseert Daikin om de tweede trap back-
upverwarming niet uit te schakelen aangezien dat een
grote invloed heeft op de tijd die de unit nodig heeft voor
het verwarmen van de tank met warm tapwater.
Automatische noodstop
Indien de warmtepomp weigert te werken, kan de back-
upverwarming als noodverwarming werken en al dan niet
automatisch de volledige warmtebelasting overnemen. Wanneer de
automatische noodfunctie is ingesteld op Automat en er zich een
storing voordoet in een warmtepomp, zal de back-upverwarming
automatisch de warmtebelasting overnemen. Wanneer er zich een
storing voordoet in de warmtepomp terwijl de automatische
noodstop op Handm is ingesteld, stoppen het opwarmen van het
tapwater en het verwarmen van ruimten en moet het systeem
handmatig worden hersteld. De gebruikersinterface zal u dan vragen
of de back-upverwarming de volledige warmtebelasting al dan niet
moet overnemen. Als er zich een storing in de warmtepomp
voordoet, zal
op de gebruikersinterface verschijnen. Indien
niemand gedurende langere periodes in het huis aanwezig is,
adviseren wij instelling [A.5.1.2] Noodgeval op Automat in te stellen.
#
Code
[A.5.1.2]
Nvt
Bepaalt of de back-upverwarming
automatisch de volledige
warmtebelasting overneemt of dit eerst
handmatig bevestigd moet worden
wanneer zich een noodsituatie voordoet.
▪ 0: Handm (standaard)
▪ 1: Automat
INFORMATIE
De instelling van de automatische noodstop kan alleen in
de menustructuur van de gebruikersinterface worden
ingesteld.
INFORMATIE
Indien er zich een storing voordoet in de warmtepomp en
[A.5.1.2] is ingesteld op Handm, blijven de functies
Vorstbescherming
kamer,
vloerverwarming
en
ingeschakeld, zelfs wanneer de gebruiker het noodbedrijf
NIET bevestigt.
Bivalent
Alleen van toepassing voor installaties met een extra ketel
(alternerende werking, in parallel aangesloten). De bedoeling van
deze functie is te bepalen — op basis van de buitentemperatuur
— welke verwarmingsbron kan/zal zorgen voor het verwarmen van
ruimten: de binnenunit of een extra ketel.
De lokale instelling "bivalente werking" geldt alleen voor de werking
van
de
ruimteverwarming
toestemmingssignaal voor de extra ketel.
Wanneer de functie "bivalente werking" geactiveerd is, stopt de
binnenunit
automatisch
de
buitentemperatuur onder de "bivalente AAN-temperatuur" valt en het
toestemmingssignaal voor de extra ketel actief wordt.
Daikin Altherma geothermische warmtepomp
tijdens
ruimteverwarming
Beschrijving
Dekvloer
drogen
van
Vorstbescherming
waterleidingen
van
de
binnenunit
en
ruimteverwarming
zodra
EGSQH10S18AA9W
4P351748-1C – 2015.10
de
het
de