2. Vervang het luchtfilter (Figuur 40).
3. Plaats het deksel terug.
De motorolie verversen
Onderhoudsinterval: Na de eerste 5 bedrijfsuren
Jaarlijks
Voordat u de olie ververst, moet u de motor enkele
minuten laten lopen zodat de olie warm wordt. Warme
olie stroomt beter en voert vervuilingen beter mee.
1. Voer de voorbereidingen voor het onderhoud uit, zie
Voorbereidingen voor onderhoudswerkzaamheden.
2. Verwijder de peilstok (Figuur 41).
3. Kantel de machine op de zijkant (met het luchtfilter
naar boven) om de oude olie via de vulbuis weg te
laten lopen (Figuur 42).
Figuur 40
Figuur 41
4. Giet langzaam olie in de vulbuis totdat het
peil de Vol-markering op de peilstok bereikt
(Figuur 41). Niet te vol vullen. (Maximale
vulhoeveelheid: 0,59 l, type: SAE 30 reinigingsolie,
met onderhoudsclassificatie SF, SG, SH, SJ, SL van
het American Petroleum Institute (API) of hoger.)
5. Plaats de peilstok weer stevig op zijn plaats.
6. Geef de oude olie af bij een erkend inzamelpunt.
De tandwieloverbrenging
smeren
Onderhoudsinterval: Jaarlijks
1. Verwijder de wielbout in het midden van elk
achterwiel en verwijder de achterwielen.
2. Smeer olie op de binnen- en buitenkant van de
tandwieloverbrenging zoals wordt getoond op de
afbeelding Figuur 43.
3. Monteer de achterwielen.
Het bovenste deel van de
handgreep smeren
Onderhoudsinterval: Jaarlijks
Uitsluitend model 20999
17
Figuur 42
Figuur 43