4. Bepaal of u gedurende de ingestelde periode de comforttemperatuur,
4. Bepaal of u gedurende de ingestelde periode de comforttempera-
de verlaagde temperatuur of de vorstvrijtemperatuur wenst. Bevestig
tuur, de verlaagde temperatuur of de vorstvrijtemperatuur wenst.
Bevestig uw keuze met de OK toets.
uw keuze met de OK toets.
5. Het vakantieprogramma is nu geprogrammeerd en wordt op het
5. Het vakantieprogramma is nu geprogrammeerd en wordt op het
ingestelde start-tijdstip geactiveerd.
ingestelde start-tijdstip geactiveerd.
6. Zet de draaischakelaar op het gewenste programma terug en
6. Zet de draaischakelaar op het gewenste programma terug en
sluit het klapdeksel.
sluit het klapdeksel.
7. Wanneer het vakantieprogramma actief is, geeft het display de
7. Wanneer het vakantieprogramma actief is, geeft het display de
gewenste temperatuur en de tekstregel
gewenste temperatuur en de tekstregel vakantie weer.
N.B.: In hoofdstuk 4.8 op pagina 76 vindt u informatie over nakijken,
N.B.: In hoofdstuk 4.8 op pagina 76 vindt u informatie over nakijken,
wissen of beëindigen van een vakantieprogramma.
wissen of beëindigen van een vakantieprogramma.
5.2
Instelwaarden voor gewenste
5.2
lnstelwaarden voor gewenste
temperaturen wijzigen
temperaturen wijzigen
Bij de temperatuurprofielen van de afzonderlijke programma's kunt u
tussen drie temperatuurwaarden kiezen: Comforttemperatuur, ver-
Bij de temperatuurprofielen van de afzonderlijke programma's kunt u tus-
laagde temperatuur en vorstbeveiligingstemperatuur.
sen drie temperatuurwaarden kiezen: Comforttemperatuur, verlaagde tem-
peratuur en vorstbeveiligingstemperatuur.
Deze temperatuurwaarden zijn vooraf door de fabrikant geprogram-
meerd. Maar u kunt deze waarden wijzigen zoals u wenst.
Deze temperatuurwaarden zijn vooraf door de fabrikant geprogrammeerd.
Maar u kunt deze waarden wijzigen zoals u wenst.
1. Open het klapdeksel en zet de draaischakelaar op stand MENU.
1. Open het klapdeksel en zet de draaischakelaar op stand MENU.
2. Selecteer m.b.v. toets
of
de optie
uw keuze met de OK toets.
2. Selecteer m.b.v. toets ▲ of ▼ de optie gewenste temp. Bevestig
uw keuze met de OK toets.
NEDERLANDS
3. Het display geeft eerst de comforttemperatuur weer.
3. Het display geeft eerst de comforttemperatuur weer.
Wijzig achtereenvolgens de comforttemperatuur, de verlaagde
Wijzig achtereenvolgens de comforttemperatuur, de verlaagde
temperatuur en de vorstbeveiligingstemperatuur m.b.v. toets ▲ of ▼.
temperatuur en de vorstbeveiligingstemperatuur m.b.v. toets
Bevestig elke instelling door op de OK toets te drukken. De aanduiding
aanduiding springt automatisch naar de volgende instelling.
springt automatisch naar de volgende instelling.
4. Na de vorstbeveiligingstemperatuur is het instellen van de
4. Na de vorstbeveiligingstemperatuur is het instellen van de gewenste
gewenste temperaturen afgesloten. Het display geeft
temperaturen afgesloten. Het display geeft einde weer en keert na 3
en keert na 3 seconden automatisch terug.
seconden automatisch terug.
5. Zet de draaischakelaar op het gewenste programma en sluit het
weer.
V a k a n t i e
5. Zet de draaischakelaar op het gewenste programma en sluit het
klapdeksel.
klapdeksel.
5.3
5.3
5.3.1
5.3.1 Overzicht – menu "Programma"
MENU
. Bevestig
G e w e n s t e t e m p
78
. Bevestig elke instelling door op de OK toets te drukken. De
Programma P3
Programma P3
Overzicht – menu "Programma"
G E W E N S T E T E M P
S e r v i c e
V a k a n t i e
P R O G R A M M A
O K
U u r / d a t u m
of
weer
E i n d e
zie 5.3.2
zie 5.3.2
N i e u w
zie 5.3.3
zie 5.3.3
N a k i j k e n
zie 5.3.4
zie 5.3.4
W i s s e n
E i n d e