•
Maai steeds in wisselende richtingen. Hierdoor wordt
het maaisel beter over het gazon verstrooid, zodat het
gazon gelijkmatig wordt bemest.
•
Als u met het uiterlijk van het voltooide gazon niet
tevreden bent, probeer dan een of meer van de volgende
stappen:
– Vervang het maaimes of laat het slijpen.
– Loop langzamer tijdens het maaien.
– Stel de maaimachine in op een hogere maaihoogte.
– Maai het gras vaker.
– Laat de maaibanen overlappen in plaats van steeds
een volledig nieuwe baan te maaien.
Onderhoud
Opmerking: Determine the left and right sides of the machine from the normal operating position.
Aanbevolen onderhoudsschema
Onderhoudsinterval
Na de eerste 5 bedrijfsuren
Bij elk gebruik of dagelijks
Om de 25 bedrijfsuren
Om de 50 bedrijfsuren
Om de 100 bedrijfsuren
Vóór de stalling
Jaarlijks
Belangrijk: Zie de Gebruikershandleiding van de motor voor verdere onderhoudsprocedures.
Onderhoudsprocedure
• De motorolie verversen.
• Het motoroliepeil controleren.
• Controleer of de motor binnen 3 seconden stopt nadat u de bedieningsstang van
het maaimes hebt losgelaten.
• Maaisel en vuil van de onderkant van de maaikast verwijderen.
• Achterwieloverbrenging smeren.
• Vervang het maaimes of laat het slijpen (vaker als de snijrand snel bot word).
• De motorolie verversen.
• Reinig het koelsysteem (zie de gebruikershandleiding van de motor).
• Vervang de bougie (zie de gebruikershandleiding van de motor).
• Laat de benzine uit de brandstoftank lopen voordat u vereiste reparaties uitvoert
of de machine stalt.
• Vervang het lter vaker als de maaier onder zeer stofge omstandigheden wordt
gebruikt.
• Controleer de bougie (zie de gebruikershandleiding van de motor).
• Zie de Gebruikershandleiding van de motor voor eventuele verdere
onderhoudsprocedures.
– Stel de maaihoogte bij de voorwielen één stand
lager in dan bij de achterwielen. Bijvoorbeeld: zet
maaihoogte van de voorwielen op 60 mm en die van
de achterwielen op 70 mm.
Bladeren jnmaken
•
Na het maaien moet altijd 50 % van het gazon zichtbaar
blijven door de bladerlaag. Dit kan een of meerdere
rondgangen over de bladeren vereisen.
•
Als er een laag bladeren van meer dan 13 cm op
het gazon ligt, moet u de voorwielen een of twee
uitsparingen hoger zetten dan de achterwielen.
•
Als de maaimachine de bladeren niet fijn genoeg maakt,
is het beter om wat langzamer te maaien.
12