8 Opsporen en verhelpen van storingen
8.2
De storingshistoriek nagaan
Voorwaarden:
Het gebruikertoegangsniveau is ingesteld op
geavanceerde eindgebruiker.
1 Ga naar [8.2]: Informatie > Historiek
storingen.
U krijgt een lijst van de meest recente storingen te zien.
8.3
Symptoom: u vindt het te koud
(warm) in uw woonruimte
Mogelijke oorzaak
De gewenste kamertemperatuur
is te laag (hoog).
De gewenste kamertemperatuur
kan niet bereikt worden.
De weersafhankelijke curve is
niet correct ingesteld.
8.4
Symptoom: het water uit de kraan
is te koud
Mogelijke oorzaak
U hebt geen warm tapwater meer
door een ongewoon hoog
verbruik.
De gewenste
opslagtankemperatuur is te laag.
8.5
Symptoom: Storing in de
warmtepomp
Indien de warmtepomp weigert te werken, kan de back-
upverwarming of de boiler als noodverwarmingstoestel werken.
Deze kan de warmtebelasting automatisch of na handmatige
tussenkomst overnemen.
Gebruiksaanwijzing
20
Wat te doen
Verhoog (verlaag) de gewenste
kamertemperatuur. Zie
"5.6.2 De
gewenste kamertemperatuur
wijzigen" [ 4 13].
Indien het probleem dagelijks
terugkomt, doe dan een van de
volgende zaken:
▪ Verhoog
(verlaag)
de
voorgeprogrammeerde waarde
van de kamertemperatuur. Zie
de
uitgebreide
handleiding
voor de gebruiker.
▪ Pas het programma van de
kamertemperatuur
aan.
Zie
"5.8
Programmascherm:
voorbeeld" [ 4 15].
Verhoog de gewenste
aanvoerwatertemperatuur in
functie van het warmteafgever.
Zie
"5.6.3 De gewenste
aanvoerwatertemperatuur
wijzigen" [ 4 14].
Pas de weersafhankelijke curve
aan. Zie
"5.9 Weersafhankelijke
curve" [ 4 17].
Wat te doen
Indien u onmiddellijk warm
tapwater nodig hebt, activeer dan
de Krachtig verwarmen van de
tank. Hierdoor verbruikt u echter
extra energie. Zie
"5.7.3 Krachtige warm
tapwaterwerking
gebruiken" [ 4 15].
Indien de problemen dagelijks
terugkomen, doe dan een van de
volgende zaken:
▪ Pas het programma van de
opslagtankemperatuur
aan.
Zie
"5.8 Programmascherm:
voorbeeld" [ 4 15].
▪ Wanneer Noodbedrijf is ingesteld op Automatisch en er zich
een storing voordoet in een warmtepomp, neemt de back-
upverwarming of de boiler automatisch de productie van warm
tapwater en de ruimteverwarming over.
▪ Wanneer Noodbedrijf is ingesteld op Handmatig en er zich een
storing voordoet in een warmtepomp, stoppen de opwarming van
warm tapwater en de ruimteverwarming met werken.
Om deze handmatig te herstellen via de gebruikersinterface gaat
u naar het hoofdmenuscherm Storing en bevestigt u op de back-
upverwarming de warmtebelasting al dan niet moet overnemen.
▪ Een alternatief is, als Noodbedrijf als volgt is ingesteld:
▪ autom.
SH
beperkt/warmtapwater
ruimteverwarming wordt gereduceerd, maar warm tapwater is
nog steeds beschikbaar.
▪ autom.
SH
beperkt/warmtapwater
ruimteverwarming wordt gereduceerd en warm tapwater is NIET
beschikbaar.
▪ autom.
SH
normaal/warmtapwater
ruimteverwarming werkt zoals normaal, maar warm tapwater is
NIET beschikbaar.
Net zoals in de stand Handmatig, kan de unit de volledige
belasting overnemen via de back-upverwarming of de boiler als de
gebruiker dit activeert in het hoofdmenuscherm Storing.
Als er zich een storing in de warmtepomp voordoet, zal
de gebruikersinterface verschijnen.
Mogelijke oorzaak
De warmtepomp is beschadigd.
INFORMATIE
Wanneer
de
back-upverwarming
warmtebelasting overneemt, zal het elektriciteitsverbruik
aanzienlijk stijgen.
8.6
Symptoom: Het systeem maakt
gorgelende geluiden na de
inbedrijfstelling
Mogelijke oorzaak
Er zit lucht in het systeem.
Incorrect hydraulisch evenwicht. Door de installateur uit te voeren:
Diverse storingen.
(a)
We raden aan om te ontluchten met de ontluchtingsfunctie van de
unit (uit te voeren door de installateur). Als u de warmteafgevers
of verdeelstukken ontlucht, dient u op het volgende te letten:
aan,
de
uit,
de
uit,
de
of
op
Wat te doen
Zie
"8.1 De help-tekst weergeven
storing" [ 4 19].
in geval van een
de
volledige
Wat te doen
(a)
Ontlucht het systeem.
1
Voer
een
hydraulische
uitbalancering uit om ervoor
te zorgen dat de stroming
op de juiste manier tussen
de afgevers wordt verdeeld.
2
Als
de
hydraulische
uitbalancering
niet
voldoende is, wijzig dan de
instellingen
voor
de
pompbegrenzing ([9-0D] en
[9-0E]
indien
van
toepassing).
Controleer of
of
op het
startscherm van de
gebruikersinterface verschijnt.
Zie
"8.1 De help-tekst weergeven
storing" [ 4 19]
in geval van een
voor meer informatie over de
storing.
ETSH/X(B)12P30+50EF
Daikin Altherma 3 H MT ECH₂O
4P663481-1 – 2021.07