8.8. Pompsnelheid instellen
De pompsnelheid kan op de pomp worden gekozen (zie
"5.2. Hoofdcomponenten" op pagina
De standaardinstelling is de hoogste snelheid (I).
Als de waterstroming in het systeem te hoog is
(bijv. geluid van stromend water in de installatie),
kan de snelheid op middelmatige (II) of lage (III)
snelheid worden ingesteld.
De beschikbare externe statische druk (ESP,
uitgedrukt in kPa) afhankelijk van de waterstroming
(l/min) is afgebeeld in de onderstaande grafiek.
65
60
55
50
45
II
II
40
35
30
25
20
III
III
15
10
5
0
16 18 20 22 24 26 28 30 32 34 36 38 40 42 44 46 48 50 52 54 56 58
8.9. Lokale instellingen
De configuratie van de binnenunit door de installateur dient te zijn
afgestemd op de omgeving van de installatie (klimaat, geïnstalleerde
opties, enz.) en de noden van de gebruiker. Daartoe zijn er enkele
zogenaamde
lokale
instellingen
instellingen kunnen worden opgeroepen en geprogrammeerd via de
gebruikersinterface op de binnenunit.
Aan elke lokale instelling is een getal of code van 3 cijfers toegekend,
bijv. [1-03], die is weergegeven op het display van de gebruikers-
interface. Het eerste cijfer [1] geeft de 'eerste code' of groep lokale
instellingen weer. Het tweede en derde cijfer [03] samen geven de
'tweede code' aan.
Een lijst van alle lokale instellingen en standaardwaarden vindt
u onder
"8.10. Tabel lokale instellingen" op pagina
lijst hebben we 2 kolommen voorzien voor de datum en de waarden
van de gewijzigde lokale instellingen die verschillen van de
standaardwaarden.
Een gedetailleerde beschrijving van elke lokale instelling vindt
u onder
"Gedetailleerde beschrijving" op pagina
EKHBH/X016BB
Binnenunit voor lucht-water-warmtepompsysteem
4PW62572-3A – 01.2011
10).
III
I
I
I
[l/min]
beschikbaar.
Deze
lokale
39. In dezelfde
27.
Werkwijze
Ga als volgt te werk om één of meer lokale instellingen te wijzigen.
II
3
2
Houd de z-knop minstens 5 seconden ingedrukt om naar de
1
LOKALE INSTELSTAND te gaan.
Het symbool $ (3) verschijnt op het display. De huidige
geselecteerde lokale instelcode wordt weergegeven ; (2),
met rechts ervan de ingestelde waarde - (1).
2
Druk op de bgi-knop om de eerste code van de gepaste
lokale instelling te selecteren.
Druk op de bgj-knop om de tweede code van de gepaste
3
lokale instelling te selecteren.
4
Druk op de pfi-knop en pfj-knop om de
ingestelde waarde van de geselecteerde lokale instelling te
wijzigen.
Sla de nieuwe waarde op door op de pr-knop te drukken.
5
6
Herhaal stap 2 tot en met 4 om andere lokale instellingen te
wijzigen wanneer nodig.
7
Wanneer u klaar bent, drukt u op de z-knop om de LOKALE
INSTELSTAND te verlaten.
LET OP
Wijzigingen in een specifieke lokale instelling worden pas
opgeslagen wanneer op de pr-knop wordt gedrukt. Door
te navigeren naar een nieuwe lokale instelcode of door te
drukken op de z-knop wordt de aangebrachte wijziging
ongedaan gemaakt.
INFORMATIE
■
Voordat de unit de fabriek heeft verlaten, zijn de
instelwaarden ingesteld zoals aangegeven onder
"8.10. Tabel lokale instellingen" op pagina
■
Bij het verlaten van de LOKALE INSTELSTAND is het
mogelijk dat "88" verschijnt op het lcd-scherm van de
gebruikersinterface terwijl deze wordt geïnitialiseerd.
1
39.
Montagehandleiding
26