3. De hoofdtelefoon gebruiken
Voordat u de hoofdtelefoon gebruikt, moet u ervoor zorgen dat:
• de hoofdtelefoon is afgestemd en aangesloten op de telefoon. Zie
hoofdtelefoon voor het eerst gebruiken
afstemmen van de hoofdtelefoon. Zie
met de telefoon
hieronder voor instructies voor het aansluiten van de telefoon.
• de Bluetooth-functie van de telefoon is geactiveerd. Raadpleeg de
gebruikershandleiding bij de telefoon.
• de hoofdtelefoon is ingeschakeld. Zie
pagina 12.
• de hoofdtelefoon zich binnen een straal van maximaal 10 meter van de
telefoon bevindt.
• zich geen obstakels, zoals andere elektronische apparatuur of muren, tussen de
hoofdtelefoon en de telefoon bevinden.
Zie pagina
22
als u de hoofdtelefoon met verschillende telefoons wilt gebruiken.
op pagina
De afgestemde hoofdtelefoon verbinden
De hoofdtelefoon in- en uitschakelen
©
Copyright
2003 Nokia. All rights reserved.
De
12
voor instructies over het
op
17