Parametreervoorbeeld
Diagnose - echocurvege-
heugen
Overige instellingen -
stoorsignaalonderdruk-
king
VEGAPULS 66 • Tweedraads 4 ... 20 mA/HART
5 In bedrijf nemen met de display- en bedieningsmodule
De radarsensor meet de afstand van de sensor tot het productopper-
vlak. Voor de aanwijzing van het eigenlijke niveau moet een toeken-
ning van de gemeten afstand aan de procentuele hoogte plaatsvin-
den.
Fig. 7: Parametreervoorbeeld
1
Min. niveau = max. meetafstand
2
Max. niveau = min. meetafstand
Voor deze inregeling wordt de afstand bij volle en praktisch lege tank
ingevoerd. Wanneer deze waarden niet bekend zijn, dan kan ook bijv.
met de afstanden 10% en 90% worden ingeregeld. Uitgangspunt voor
deze afstandsspecificaties is altijd het afdichtingsoppervlak van het
schroefdraad of de flens.
Met de functie " Echocurvegeheugen" is het mogelijk, de echocurve
op het tijdstip van de inbedrijfname op te slaan. Over het algemeen
verdient dit aanbeveling, voor het gebruik van de asset-manage-
ment-functionaliteit is het absoluut noodzakelijk. Opslaan bij zo laag
mogelijk niveau verdient de voorkeur.
Met de bedieningssoftware PACTware en de PC kan de echocurve
met hoge resolutie worden weergegeven en worden gebruikt, om sig-
naalveranderingen over de bedrijfstijd vast te stellen. Bovendien kan
de echocurve van de inbedrijfname ook in het echocurvevenster wor-
den weergegeven en worden vergeleken met de actuele echocurve.
De volgende omstandigheden veroorzaken stoorreflecties en kunnen
de meting beïnvloeden:
•
Hoge sokken
•
Ingebouwde delen in de tank, zoals versterkingen
3
2
100%
1
0%
13