Inhoudsopgave
Advertenties
In bedrijfstelling en bedieningsvoorschriften elektrische trilmotoren.
ALGEMEEN:
-
Zorg ervoor dat de ondergrond waarop de trilmotor gemonteerd wordt voldoende solide is, zodat de
afgegeven trillingen geen scheuren of breuken kunnen veroorzaken.
Indien de ondergrond niet stevig genoeg is, kan deze verstevigd worden door montage- schetsplaten
en versteviging ribben aan te lassen.
-
Let erop dat de ondergrond zo vlak mogelijk is, zodat de motorvoet overal vlak aanligt
op de onderplaat. Als de motor niet vlak op de onderplaat staat kan dit scheuren of breuk
van de motorvoeten tot gevolg hebben. Gebruik altijd nieuwe bouten DIN 931en moeren DIN 933 in
minimaal 8.8 kwaliteit. Trek de bouten en moeren aan met een momentsleutel volgens de volgende
tabel:
Montagebouten trilmotor:
Moertjes aansluitkast
-
Het is belangrijk om periodiek, maar zeker de eerste weken, de bouten en moeren te controleren
op de juiste aantrekspanning. Zij kunnen door de trillingen los komen waardoor schade kan
ontstaan.
AANSLUITING OP HET STROOMNET:
Het aansluiten van de trilmotor op het stroomnet mag uitsluitend door gekwalificeerd personeel worden
uitgevoerd.
-
Gebruik uitsluitend flexibele kabels. Als de spanning hoger is als 42V moeten de kabels zijn voorzien
van een aarde draad ( geel/groen ). Kabeldoorsnede moet worden afgestemd op het ampèregebruik
van de trilmotor ( max. 4 amp. per mm2 ) en de dikte passend in de kabeltule voor een goede afdichting.
Beperk de lengte van de kabels i.v.m. spanningsverlies, dit kan grote schade veroorzaken.
-
Controleer of de afgegeven voltage van het stroomnet of omvormer overeenkomt met de gegevens
vermeldt op het type plaatje van de trilmotor.
Een te lage voltage veroorzaakt aanloopproblemen van de motor, maar kan ook leiden tot grotere
schade, zoals het doorbranden van de motor, als deze langdurig op een te laag toerental draait.
Laat de trilmotor nooit draaien met open exenter beschermkappen of open aansluitklemmenkast, dit is
levensgevaarlijk.
Tip!: Lees de veiligheidsvoorschriften voor het gebruik van machines met elektromotoren
aandachtig door.
Aansluitklemmenkast
Aansluitschema
M8—2,3 kgm, M10—4,8 kgm, M12—8,0 kgm, M16—19 kgm.
:
M4—0,12 kgm, M5—0,20 kgm, M6—0,30 kgm.
4
Advertenties
Inhoudsopgave
