Stroomvoorziening
Stroomvoorziening
Wilt u de batterijen sparen, gebruik dan zo
vaak als u kunt de netvoeding. Let erop dat u
het netsnoer uit het apparaat en het stopcon-
tact haalt voor u de batterijen in het apparaat
plaatst.
Batterijen (niet bijgeleverd)
1 Open het batterijvak en plaats er zes batteri-
jen in, type R-14, UM-2 of C-cells, (bij
voorkeur alkaline), met de "+" en "–" polen op
dezelfde manier als aangegeven binnenin het
batterijvak. (Zie 1).
2 Controleer of de batterijen correct en stevig
op hun plaats zitten en plaats het klepje van
het batterijvak terug. U kunt het apparaat nu
gebruiken.
•
Door verkeerd gebruik kunnen batterijen
gaan lekken waardoor roest ontstaat in het
batterijvak of waardoor de batterijen kunnen
openbarsten. Daarom:
•
Gebruik geen verschillende types batterijen
door elkaar, bijvoorbeeld alkaline met zink-
koolstof. Gebruik voor het apparaat enkel
batterijen van hetzelfde type.
•
Als u de batterijen vervangt, gebruik dangeen
oude en nieuwe batterijen door elkaar.
•
Verwijder de batterijen als u het apparaat lan-
gere tijd niet zult gebruiken.
Batterijen bevatten chemicaliën en
moeten daarom op de juiste manier
ingeleverd worden.
Gebruiken van de netvoeding
1 Controleer of de netspanning op het
typeplaatje op de onderkant van het
apparaat overeenkomt met de plaatselijke
netspanning. Is dit niet het geval, neem dan
contact op met uw leverancier of serviceor-
ganisatie.
2 Sluit de meegeleverde adapter aan op het
stopcontact en op de DC-ingang van de set.
U kunt de set nu gebruiken.
3 Trek de stekker uit het stopcontact als u de
netv oeding helemaal uit wilt schakelen.
Algemene informatie
•
Installeer het apparaat in de buurt van een
stopcontact en op een plaats waar u
gemakkelijk bij de stekker kunt.
•
Haal de stekker van het netsnoer uit het
stopcontact om het apparaat te beschermen
tijdens hevig onweer.
•
Het netsnoer wordt gebruikt om het appa-
raat uit te schakelen. Zorg ervoor dat u goed
bij het snoer kunt en dat het tijdens gebruik
niet wordt geblokkeerd. Om het apparaat
volledig los te koppelen van de
stroomvoorziening, dient u het netsnoer van
het apparaat volledig uit het stopcontact te
trekken.
Het typeplaatje bevindt zich aan de
achterkant van het apparaat.
Stroomverbruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .8 W
Stroomverbruik in stand-by . . . . . . . . . . . . . . . . . .2 W
Algemene informatie
Antennes
Voor FM, moet u de telescoopantenne uit-
•
trekken. Klap de antenne neer en draai deze.
Als het signaal te sterk is (in de buurt van een
zender), schuif dan de antenne in elkaar.
Voor MW, heeft het apparaat een inge-
•
bouwde antenne zodat de telescoopantenne
niet nodig is. Richt de antenne door het hele
apparaat te draaien.
Oortelefoon aansluiten
•
U kunt een hoofdtelefoon aansluiten op de
hoofdtelefoonaansluiting.
➜ De luidsprekers worden dan uit-
geschakeld.
Het apparaat vergrendelen
•
U kunt het apparaat in iedere modus ver-
grendelen door LOCK ingedrukt te houden
tot @ wordt weergegeven.
➜ Alle toetsen zijn uitgeschakeld.
•
Het apparaat ontgrendelen
– houd LOCK ingedrukt tot @ verdwijnt.