KNX
Klem-element (afbeelding 2, 4) in inbouw-apparaatdoos plaatsen. Op
de aanduiding OBEN / TOP letten. De busaansluiting (afbeelding 3,
10) moet rechts beneden liggen.
Design-frame (afbeelding 2, 5) op klem-element (afbeelding 2, 4)
aanbrengen.
Elektronicamoduul in juiste positie in klem-element plaatsen..
Instelring (afbeelding 2, 2) lostrekken.
Elektronicamoduul met borgschroef borgschroef (afbeelding 2, 7)
vastzetten.
Instelring (afbeelding 2, 2) weer aanbrengen.
4.2. Inbedrijfstelling
Fysiek adres en toepassingssoftware
Inbedrijfstellingssoftware vanaf ETS2 versie 1.2 gebruiken.
Instelring (afbeelding 2, 2) lostrekken.
Programmeertoets (afbeelding 2, 9) indrukken.
Programmeer-LED (afbeelding 2, 8) brandt.
Fysiek adres toewijzen.
Programmeer-LED (afbeelding 2, 8) dooft.
Het fysiek adres op het klem-element en op de achterzijde van het
elektronicamoduul noteren. Daartoe evt. de montagestappen de
omgekeerde volgorde uitvoeren.
Bij schilder- of behangwerkzaamheden op juiste toewijzingen van
inzet- en opzetmodules letten.
Instelring (afbeelding 2, 2) weer aanbrengen.
Toepassingssoftware, parameters etc. downloaden.
Continuregelaar
Art.nr.: ..2178..
Afb. 3
5