Bedieningshandleiding
Veiligheidsmodule
Als een manuele functietest vereist is om een eventuele
accumulatie van storingen te detecteren, moet deze met de
hieronder opgegeven intervallen uitgevoerd worden:
• minstens een maal per maand voor PL e met categorie
3 of categorie 4 (volgens ISO 13849-1) of SIL 3 met HFT
(Hardwarefouttolerantie) = 1 (volgens IEC 62061);
• minstens alle 12 maanden voor PL d met categorie
3 (volgens ISO 13489-1) of SIL 2 met HFT
(Hardwarefouttoleratnie) = 1 (volgens IEC 62061).
Beschadigde of defecte componenten moeten onmiddellijk
vervangen worden.
7. Demontage en afvalverwijdering
7.1 Demontage
De veiligheidsmodule mag uitsluitend in spanningsloze toestand
gedemonteerd worden.
De behuizing aan de onderkant naar boven drukken en een beetje naar
voren gekanteld, uitnemen.
7.2 Afvalverwijdering
De veiligheidsrelaismodule moet op een correcte manier volgens de
geldende nationale voorschriften en wetgevingen afgevoerd worden.
8. Bijlage
8.1 Aansluitvoorbeelden
Het voorbeeld toont een tweekanaligeaansturing van een
veiligheidsdeurbewaking met twee positieschakelaars, waarvan een
gedwongen verbrekend contact; met externe resetknop
• Vermogensvlak: tweekanalige aansturing, geschikt voor
contactversterking of contactvermenigvuldiging via externe relais met
gedwongen uitgevoerde contacten.
• De besturing herkent kabelbreuken, aardlekken en dwarssluitingen in
het bewakingscircuit.
A1
S12 S11
S21 S22 X1 X2
F1
a)
Ui
K1
A2
Afb. 2
a) Besturing
= Terugkoppeling
S
8.2 Startconfiguratie
Externe resetknop (Afb. 3)
• De externe resetknop wordt in serie in de terugkoppeling opgenomen.
• De manuele start of de activering van de veiligheidsmodule gebeurt bij
het indrukken van de knop (niet bij het loslaten!).
4
(zie Afb. 2)
J
J
L1
K
B
S
K
A
13 23
33 41
K1
K2
K2
14 24 34 42
K
K
A
B
N
Automatische start (zie Afb. 4)
• De automatische start wordt geprogrammeerd door het aansluiten van
de terugkoppeling op de klemmen X1-X2. Als de terugkoppeling niet
nodig is, moet hier een overbrugging gemaakt worden.
• OPGELET: Niet toegelaten zonder bijkomende maatregelen
indien het risico bestaat dat men over de beschermvoorziening
heen kan stappen!
• Bij gebruik van de module met de bedrijfsmodus "automatische
start" moet een automatische herstart na het stilzetten in geval van
nood volgens EN 60204-1 paragraaf 9.2.5.4.2 door de hogergelegen
module verhinderd worden.
X1
J
K
B
S
K
A
X2
Afb. 3
8.3 Sensorconfiguratie
Eenkanalig noodstopcircuit met bedienorganen volgens ISO 13850
en EN 60947-5-5 (Afb. 5)
• Deze besturing herkent kabelbreuken en aardlekken in het
besturingscircuit.
• Cat. 1 – PL c volgens ISO 13849-1 mogelijk.
Tweekanalige noodstopschakeling met bedienorganen volgens
ISO 13850 en EN 60947-5-5 (Afb. 6)
• Deze besturing herkent kabelbreuken en aardlekken in de
besturingscircuits.
• Dwarssluitingen tussen de besturingscircuits worden niet herkend.
• Cat. 4 – PL e volgens ISO 13849-1 mogelijk (bij afgeschermde
bekabeling)
Eenkanalige veiligheidsdeurbewaking met
vergrendeling volgens ISO 14119 (Afb. 7)
• Minstens een gedwongen verbreekcontact vereist.
• Deze besturing herkent kabelbreuken en aardlekken in het
besturingscircuit.
• Cat. 1 – PL c volgens ISO 13849-1 mogelijk.
S11
S12
A
K
A
S12 S22
K
B
Afb. 5
Tweekanalige veiligheidsdeurbewaking met
vergrendeling volgens ISO 14119 (Afb. 8)
• Met minstens een gedwongen verbrekende positieschakelaar.
• Deze besturing herkent kabelbreuken en aardlekken in de
besturingscircuits.
• Dwarssluitingen tussen de besturingscircuits worden niet herkend.
• Cat. 4 – PL e volgens ISO 13849-1 mogelijk (bij afgeschermde
bekabeling)
Tweekanalige aansturing van veiligheidsmagneetschakelaars
volgens EN 60947-5-3 (Afb. 9)
• Deze besturing herkent kabelbreuken en aardlekken in de
besturingscircuits.
• Dwarssluitingen tussen de besturingscircuits worden niet herkend.
• Cat. 3 – PL e volgens ISO 13849-1 mogelijk.
NL
SRB 301LC/B
SRB 301LC/B-R
X1
K
B
S
K
A
X2
Afb. 4
S11
S11
S11
A
S12 S22
S12 S22
Afb. 6
Afb. 7
S12