gericht zijn of als hun zichtlijn wordt belemmerd. De ontvanger moet op maximaal 8 meter (26,6 voet)
van de module voor het draadloos beeldscherm en onder een hoek van maximaal 90 graden staan.
OPMERKING:
De voorkant van de ontvanger met de antenne die naar de module voor het draadloos
beeldscherm gericht moet zijn, kan worden herkend door het synchronisatielampje op de ontvanger.
Raadpleeg
Draadloze ontvanger op pagina 6
OPMERKING:
De module voor het draadloos beeldscherm en de ontvanger zijn in de fabriek
gekoppeld. Wanneer het systeem is ingeschakeld, branden de lampjes op de module en de ontvanger
continu. Als ze niet continu branden, drukt u op de synchronisatieknop van zowel de module als de
ontvanger. De lampjes knipperen langzaam wanneer de module en de ontvanger naar elkaar zoeken en
knipperen sneller wanneer de module en ontvanger elkaar herkennen. De lampjes branden continu
wanneer de module en ontvanger een verbinding tot stand hebben gebracht. Als de module en
ontvanger geen verbinding tot stand kunnen brengen, controleert u of de gezichtslijn tussen de module
en de ontvanger niet wordt belemmerd. De lampjes branden niet wanneer het systeem is uitgeschakeld
of in de slaapstand staat.
8.
Ga als volgt te werk om een monitor te verbinden zonder de module voor draadloos beeldscherm:
a.
Steek het netsnoer van de monitor in een stopcontact (1).
om het synchronisatielampje op de ontvanger te zoeken.
Een vergaderoplossing opzetten
19