Verklaring van de begrippen
Stooklijn
Stooklijnen tonen het verband tussen de buitentempe-
ratuur, gewenste kamertemperatuur en de ketelwater
of aanvoertemperatuur. Hoe lager de buitentempera-
tuur, hoe hoger de ketelwatertemperatuur of aanvoer-
temperatuur.
Om bij iedere buitentemperatuur voldoende warmte bij
een zo laag mogelijk brandstofverbruik te garanderen,
moeten de omstandigheden van uw gebouw en uw
CV-installatie in acht worden genomen. Daarvoor
wordt door uw installateur de stooklijn ingesteld.
90
80
70
60
50
40
30
Afb. 5
Voorbeeld:
Voor buitentemperatuur
Vloerverwarming, steilheid 0,2 tot 0,8
A
Lagetemperatuurverwarming, steilheid 0,8 tot 1,6
B
Verwarmingsinstallatie met ketelwatertemperatuur
C
boven 75 °C, steilheid 1,6 tot 2,0
In de fabriek is de inclinatie ingesteld op 1,4 en het
niveau op 0.
(vervolg)
10
0
Buitentemperatuur in °C
14 °C:
−
De getoonde stooklijnen gelden bij de volgende instel-
lingen:
■
Niveau van de stooklijn = 0
■
Normale kamertemperatuur (gewenste waarde) =
20 ° C
Steilheid
-10
-20
-30
-14
110
+20
Buitentemperatuur in °C
Afb. 6
Steilheid wijzigen:
A
de inclinatie van de stooklijn wordt veranderd.
Niveau wijzigen:
B
De stooklijnen worden parallel in verticale richting
verschoven.
1,4
C
1,2
1,0
B
0,8
0,6
0,4
A
0,2
3,5
1,4
A
B
0,2
-20
Bijlage
67