4.1 Installeren algemeen
4.1.1 Voorschriften
Het installeren van de luchtverwarmer Flair IGX moet geschieden overeenkomstig:
-
De veiligheidsvoorschriften voor centrale verwarmingsinstallaties, NEN 3028.
-
De relevante artikelen in het Bouwbesluit en de model Bouwverordening.
-
De voorschriften voor aardgasinstallaties, NEN 1078 (GAVO).
-
De veiligheidbepalingen voor laagspanningsinstallaties, NEN 1010.
-
De voorschriften voor het aansluiten van condensvormende gasgestookte toestellen op de
binnenriolering in woning en woongebouwen, NEN 3287.
-
Eventuele aanvullende voorschriften van de plaatselijke nutsbedrijven.
-
De installatievoorschriften Flair IGX.
4.1.2 Vrije ruimte rondom het toestel
In verband met veiligheid en onderhoud dient om het toestel een minimale afstand te worden
vrijgehouden. Onderstaande tekeningen geven de minimale afstanden aan.
Het is toegestaan de Flair IGX lager dan 1,70 m te installeren.
De installatiehoogte wordt gerekend van de vloer tot de onderzijde van het toestel.
Figuur 5: Opstelling Flair IGX
4. Installeren
Installatievoorschriften Flair IGX juli 2005
- 5 -
1 = Aansluitzijde; minimaal 600 mm
2 = Uitblaaszijde; minimaal 2000 mm
3 = Hoogte < 1,7 m is toegestaan
3881