ALGEMENE WAARSCHUWINGEN VOOR DE INSTALLATEUR
⚠
LET OP! Belangrijke veiligheidsinstructies.
Volg alle instructies op; een onjuiste installatie kan tot ernstig letsel leiden.
Lees, alvorens met uw werkzaamheden te beginnen, ook de algemene
waarschuwingen voor de gebruiker.
Dit product mag alleen worden gebruikt voor de doeleinden waarvoor het expliciet is
bestemd. Elk ander gebruik moet als gevaarlijk worden beschouwd. Came S.p.A. is niet
aansprakelijk voor schade die is veroorzaakt door oneigenlijk, verkeerd of onverstandig
gebruik • Het product dat onderwerp is van deze handleiding wordt volgens de
machinerichtlijn 2006/42/EG gedefi nieerd als een "niet-voltooide machine". Een "niet-
voltooide machine" is een samenstel dat bijna een machine vormt maar dat niet zelfstandig
een bepaalde toepassing kan realiseren. Niet-voltooide machines zijn uitsluitend bedoeld
om te worden ingebouwd in of samengebouwd met andere machines, andere niet-voltooide
machines of apparaten, tot een machine waarop de richtlijn 2006/42/EG van toepassing
is. De uiteindelijke installatie moet voldoen aan de Europese richtlijn 2006/42/EG en de
geldende toepasselijke Europese wetgeving • Op grond van deze overwegingen mogen de
in deze handleiding aangegeven verrichtingen uitsluitend door bekwaam en gekwalifi ceerd
personeel worden uitgevoerd • De plaatsing van de kabels, de installatie, de aansluiting
en de keuring moeten op professionele wijze worden uitgevoerd en met inachtneming van
de geldende normen en wetten • Controleer, alvorens de automatisering te installeren,
of de poort in goede mechanische staat verkeert, in evenwicht is en goed sluit: indien dit
niet het geval is, mag er niet verder worden gegaan tot aan de veiligheidseisen is voldaan
• Verzeker u ervan dat er een eindaanslag voor openen en sluiten is • Zorg ervoor dat
de automatisering op een stevig en stootvast oppervlak wordt geïnstalleerd • Controleer
of er al geschikte mechanische eindaanslagen zijn • Als de automatisering op lager dan
2,5 m hoogte van de grond of een ander toegangsvlak wordt geïnstalleerd, controleer dan
of eventuele beveiligingen en/of waarschuwingen bij gevaarlijke plekken benodigd zijn •
Monteer de automatisering niet ondersteboven of op elementen die onder het gewicht
ervan kunnen doorbuigen. Voeg, indien nodig, verstevigingen aan de bevestigingspunten
toe • Installeer niet op poorten die niet recht liggen • Omhein zorgvuldig de hele plek om
de toegang van onbevoegden, in het bijzonder minderjarigen en kinderen, te voorkomen
• Plaats waar nodig duidelijk zichtbare waarschuwingsborden • Gebruik geschikte
beveiligingsinrichtingen om mogelijke mechanische risico's te vermijden als gevolg van
de aanwezigheid van personen binnen de werkingsstraal van de automatisering (bijv. ter
voorkoming van verbrijzeling van vingers tussen de overbrengingsarm en mechanische
eindaanslagen of tijdens het openen van de poort, etc.) • De elektriciteitskabels
moeten door kabelgeleiders lopen en mogen niet in contact komen met delen die
tijdens het gebruik warm worden (motor, transformator, etc.) • Alle bedienings- en
besturingsapparatuur moet op minstens 1,85 m van de omtrek van de bewegingsstraal
van de poort worden geïnstalleerd of waar ze niet van buitenaf door de poort bereikt kan
worden • Alle schakelaars in hold-to-runmodus moeten geplaatst worden op plekken van
waaruit de poort, de doorgangsgebieden en de voertuigdoorgangen volledig zichtbaar
zijn, doch ver van de bewegende delen • Tenzij er sprake is van werking met sleutel,