(1) Schakel het apparaat uit en ontkoppel alle meetkabels.
(2) Verwijder opgehoopt vuil van de klemmen.
(3) Gebruik een wattenstaafje gedrenkt in alcohol om de klemmen te reinigen.
De batterijen vervangen
Het apparaat wordt gevoed door acht AA-batterijen (LR6).
Waarschuwing
Ter vermijding van elektrische schokken en letsel van het personeel:
• Koppel de meetkabels los van het apparaat voordat je de batterijklep opent.
• Sluit en vergrendel de batterijklep voordat je de meter gebruikt.
Let op
• Combineer geen oude en nieuwe batterijen.
• Zorg dat de polen van de batterijen tijdens vervanging goed geplaatst zijn volgens de aanduidingen op het
batterijvak.
• Haal de batterijen uit de meter als deze langere tijd niet wordt gebruikt.
• Verbruikte batterijen weggooien volgens de plaatselijke wetsvoorschriften.
Batterijen als volgt vervangen:
(1) Schakel het apparaat uit en ontkoppel alle meetkabels van de klemmen;
(2) Verwijder de batterijklep met een gewone platte schroevendraaier om de klepvergrendeling te draaien.
(3) Vervang de batterijen, breng de klep aan en draai de schroeven vast.
10. Bijlage
Principe van het meten van de isolatieweerstand
Voltammetrie, uitgang die gelijkspanning induceert, meting van de geïnduceerde spanning en lekstroom
Werkingsprincipe: weerstand = spanning / stroomsterkte RX=V/I