Dexxo Compact RTS
test VAN De werkINg
gebruik van de afstandsbedieningen
werking van de obstakeldetectie
Als tijdens het sluiten een obstakel wordt gedetecteerd, dan wordt de deur weer geopend (Fig. 17).
Als tijdens het openen een obstakel wordt gedetecteerd, dan stopt de deur (Fig. 18).
Controleer of de obstakeldetectie werkt als de deur een obstakel van 50 mm hoogte tegenkomt dat op de vloer geplaatst is.
werking van de ingebouwde verlichting
Telkens als de motor in werking komt, gaat de verlichting branden. Deze schakelt 30 seconden na het stoppen van de deur automatisch uit. Als
door herhaald gebruik de lamp te lang brandt, dan kan deze automatisch uitschakelen door een thermische bescherming.
AANsLUItINgeN VAN De rANDOrgANeN
beschrijving van de verschillende randorganen
Nr.
beschrijving
1
Oranje licht
2
Codetoetsenbord, bedraad
3
Contactslot
4
Antenne
5
Accu
6
Foto-elektrische cellen
elektrische aansluiting van de verschillende randorganen
Onderbreek de elektrische voeding van de motor voor alle werkzaamheden aan de randorganen.
Algemeen elektrisch schema (fig. 19)
foto-elektrische cellen (fig. 20)
Verwijder, bij het plaatsen van de cellen, de brug tussen de klemmen 1 en 2.
Indien de cellen verwijderd worden, moet u de brug tussen de klemmen 1 en 2 weer herstellen.
Zonneset (fig. 21)
Activeer de zonnemodus tijdens het instellen van het type voeding van de motor (zie hieronder).
codetoetsenbord, bedraad (fig. 22)
INsteLLINgeN eN OptIes VOOr De werkINg
Algemeen instellingenschema
betekenis van de verschillende parameters
Voorbeeld van programmering: afstellen van de lange vertragingszone (Fig. 24)
Led A
Omschrijving
Gevoeligheid van de
obstakeldetectie
Eindsnelheid bij het sluiten
Zelfprogrammeringsmodus 2
Type voeding
6
fig. 16
fig. 17 en 18
fig. 23
Led b
1
: erg weinig gevoelig
2
: weinig gevoelig
3
: standaard
4
: erg gevoelig
1
: geen vertraging
2
: korte vertraging
3
: lange vertraging
: in afwachting van
zelfprogrammering
1
: Netvoeding
2
: Zonne-energie
fig. 19
fig. 19 tot 22
toelichting
Na een wijziging van deze instelling, moet u aan het eind
van de installatie de procedure voor het meten van de kracht
uitvoeren.
Geen vertraging aan het eind van het sluiten.
De beweging is langzamer tijdens de laatste 30 centimeter.
De beweging is langzamer tijdens de laatste 50 centimeter.
Na een wijziging van deze instelling, moet u aan het eind
van de installatie de procedure voor het meten van de kracht
uitvoeren.