▪
Zorg ervoor dat de compressor niet door onervaren personeel wordt gebruikt. Hou
kinderen en dieren uit de buurt van het werkgebied.
▪
Het apparaat is niet bestemd om gebruikt te worden door personen (inclusief kinderen)
wiens lichamelijk, zintuiglijk of mentaal vermogen verminderd is of die geen ervaring of
kennis hebben van het apparaat, tenzij zij geholpen worden door een persoon die over
hun veiligheid waakt en voor toezicht zorgt of instructies geeft over het gebruik van het
apparaat.
▪
Kinderen moeten onder toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze niet met het apparaat
spelen.
▪
Plaats geen ontvlambare voorwerpen of voorwerpen van nylon of stof in de buurt van
en/of op de compressor.
▪
Reinig de machine niet met ontvlambare vloeistoffen of oplosmiddelen. Gebruik uitsluitend
een vochtige doek en controleer of de stekker uit het stopcontact is verwijderd.
▪
Het gebruik van de compressor is strikt beperkt tot de compressie van lucht. Gebruik de
compressor niet voor andere gassoorten.
▪
De door het apparaat geproduceerde perslucht is zonder speciale behandelingen niet
bruikbaar voor toepassingen op farmaceutisch, voedings- of gezondheidsgebied en mag
niet gebruikt worden voor het vullen van zuurstofflessen voor duikers.
6.3
Wat moet geweten zijn
▪
Deze compressor is gebouwd om in intermitterend bedrijf te werken om overmatige
oververhitting van de elektromotor te voorkomen. Als dit gebeurt, grijpt de thermische
beveiliging van de motor in door automatisch de spanning te onderbreken wanneer de
temperatuur te hoog is.
▪
Alle compressoren zijn voorzien van een veiligheidsklep die ingrijpt in geval van een slecht
werkende pressostaat, zodat de veiligheid van de machine gegarandeerd is.
▪
Bij het aansluiten van gereedschap, moet de luchtstroom van de compressor afgesloten
zijn.
▪
Het gebruik van perslucht voor de verschillende toepassingen die mogelijk zijn (opblazen,
pneumatische gereedschappen, lakspuiten, wassen met reinigingsmiddelen uitsluitend op
waterbasis enz.) veronderstelt kennis en inachtneming van de voorschriften die voor deze
afzonderlijke gevallen gelden.
7 MONTAGE
7.1
Aanwijzingen omtrent de installatie
▪
Controleer het toestel op transportschade. Meld eventuele schade onmiddellijk aan bij het
bedrijf dat de compressor leverde.
▪
De compressor dient nabij de verbruikers te worden geïnstalleerd.
▪
Vermijd lange luchtkabels en toevoerleidingen (verlengingen).
▪
Zorg voor droge en stofvrije aanzuiglucht.
▪
De compressor niet in een vochtige of natte ruimte installeren.
▪
De compressor mag slechts in gepaste ruimten (goed geventileerd,
omgevingstemperatuur +5 °C - +40 °C) worden gebruikt. In de ruimte mogen geen stof,
zuren, dampen, explosieve of ontvlambare gassen voorkomen.
▪
De compressor is geschikt voor gebruik in droge ruimten. Hij mag niet worden gebruikt in
zones waarin met verneveld water wordt gewerkt.
7.2
Montage van de wielen
De meegeleverde wielen dienen te worden gemonteerd zoals getoond in fig. 3 en 4.
7.3
Montage van het steunvoetje
Monteer het steunvoetje zoals afgebeeld wordt in Fig. 5.
Copyright © 2018 VARO
POWX1751
P a g i n a
| 7
NL
www.varo.com