Bedieningshandleiding
Inspecties
63 Druk de rijfunctieknop in.
64 Druk de functieschakelaar op de joystick in en
houd deze ingedrukt.
65 Verplaats de joystick langzaam in de richting
die wordt aangegeven door de blauwe pijl en
vervolgens in de richting die wordt
aangegeven door de gele pijl.
Resultaat: De machine mag niet bewegen in
de richting van de blauwe en gele pijlen.
66 Druk de rijfunctieknop in.
67 Druk de functieschakelaar op de joystick in en
houd deze ingedrukt.
68 Druk de duimschakelaar op de joystick in de
richting die wordt aangegeven door de blauwe
en gele driehoeken op het bedieningspaneel.
Resultaat: De stuurwielen mogen niet in de
richting draaien die wordt aangegeven door de
blauwe en gele driehoeken.
69 Breng het platform omhoog.
Resultaat: Het platform dient omhoog te gaan.
Breng het platform ongeveer 8 ft/2,4 m
omhoog en stop.
70 Laat het platform volledig neer.
71 Druk op de stempelfunctieknop.
72 Wacht zeven seconden tot de inschakelduur
van de stempelfunctie is verstreken.
32
™
-2669BE • GS
™
-3369BE • GS
GS
73 Verplaats de joystick langzaam in de richting
die wordt aangegeven door de blauwe pijl en
vervolgens in de richting die wordt
aangegeven door de gele pijl.
Resultaat: De stempels mogen niet worden
ingeschoven.
74 Druk op de stempelfunctieknop.
75 Beweeg de joystick in de richting die wordt
aangegeven door de blauwe pijl.
Resultaat: De stempels moeten worden
ingeschoven. De afzonderlijke
stempelindicatielampjes lichten continu groen
op zodra de bijbehorende stempel wordt
ingeschoven.
76 Blijf de joystick vasthouden tot de stempels
volledig zijn ingeschoven. Laat de joystick pas
los wanneer alle stempelindicatielampjes uit
gaan. Alle functies worden nu hersteld.
Opmerking: Als de joystick tijdens het inschuiven
te snel wordt losgelaten, gaan de stempel-
indicatielampjes groen knipperen, wat aangeeft
dat de stempels nog niet volledig zijn ingeschoven.
™
-4069BE Onderdeelnr. 1305656DUGT
Derde uitgave • Eerste druk