beïnvloed. In sommige omstandigheden kan het LDWS-systeem
rijbaanwisselingen mogelijk niet detecteren.
• De LDWS-functie wordt alleen geactiveerd bij een snelheid
boven 65 km/u (40 mph).
• De LDWS-functie werkt mogelijk niet goed als de camera
verkeerd is gericht
• De FCWS-functie werkt mogelijk niet goed als de
plaatsinstellingen van de camera niet de juiste hoogte van uw
voertuig of plaats van uw toestel in het voertuig
cameraplaatsing instellen, pagina
• De LDWS-functie vereist continu duidelijk zicht op de
belijning tussen rijbanen.
◦ Rijbaanwisselingen worden mogelijk niet gedetecteerd als
de belijning door regen, mist, sneeuw, extreme
schaduwen, zonlicht of koplampen van tegemoetkomend
verkeer, wegwerkzaamheden of andere obstakels aan het
zicht wordt onttrokken.
◦ Rijbaanwisselingen worden mogelijk niet gedetecteerd als
de belijning onjuist is, ontbreekt of sterk versleten is.
• De LDWS-functie detecteert mogelijk geen
rijbaanwisselingen op extreem brede, smalle of kronkelige
wegen.
Rijwaarschuwing
De rijwaarschuwing geeft een geluidssignaal en toont een
melding wanneer verkeer dat voor uw voertuig is gestopt, weer
gaat rijden. Deze waarschuwing wordt alleen gegeven als het
voorliggende voertuig al een stukje heeft gereden en uw
voertuig nog steeds stilstaat. Dit kan van pas komen bij
stoplichten of opstoppingen. Deze functie maakt gebruik van de
dashcam om het stilstaande of optrekkende voertuig te
detecteren en vereist goed zicht op de weg.
Roodlichtcamera's en flitsers
Garmin
is niet verantwoordelijk voor de nauwkeurigheid van, of
®
consequenties van het gebruik van, een database met eigen
nuttige punten of flitspaaldatabase.
OPMERKING: Deze functie is niet beschikbaar voor alle regio's
of productmodellen.
Informatie over de locaties van roodlichtcamera's en flitsers is
beschikbaar in sommige gebieden voor sommige
productmodellen. Het toestel waarschuwt u als u een
gerapporteerde flits- of roodlichtcamera nadert.
• U kunt de Garmin Express
gebruiken om de op uw toestel opgeslagen cameradatabase
bij te werken. Werk uw toestel regelmatig bij om de meest
recente cameragegevens te ontvangen.
Spraakbesturing
Met de spraakbesturingsfunctie kunt u uw camera bedienen
door middel van gesproken woorden en opdrachten.
Spraakbesturing
(De
2).
LET OP
™
software (garmin.com/express)
OPMERKING: De functie voor spraakbesturing is niet voor alle
talen beschikbaar. U kunt deze functie gebruiken terwijl de
interface is ingesteld op een niet-ondersteunde taal, maar de
opdrachten moeten in het Engels worden uitgesproken.
De camera bedienen met spraakopdrachten
1
Zeg OK, Garmin om de spraakbesturingsfunctie te activeren.
De camera laat een geluid horen en luistert naar een
opdracht.
2
Spreek een opdracht uit:
• Als u een video wilt opslaan, zegt u Sla video op.
• Als u een foto wilt maken, zegt u Maak een foto.
• Als u video met audio wilt opnemen, zegt u
Geluidsopname.
• Als u video zonder audio wilt opnemen, zegt u Stop
audio.
• Als u Travelapse opnamen wilt starten, zegt u Start
Travelapse.
• Als u Travelapse opnamen wilt stoppen, zegt u Stop
Travelapse.
De camera laat een geluid horen wanneer de opdracht wordt
herkend.
Spraakbesturing in- of uitschakelen
Selecteer
> Spraakbesturing > Instellingen > Schakel
uit.
Tips voor spraakbesturing
• Spreek op normale toon in de richting van het toestel.
• Verminder het achtergrondgeluid om de nauwkeurigheid van
de spraakherkenning te vergroten.
• Zeg voor elke opdracht OK, Garmin.
• Luister naar het geluid om te bevestigen dat de camera een
opdracht heeft herkend.
Koppelen met uw smartphone
U kunt uw Garmin Dash Cam camera koppelen met uw
smartphone en de Garmin Drive app. Met de Garmin Drive app
kunt u een netwerk met meerdere camera's instellen, camera-
instellingen wijzigen en foto's en video's bekijken, bewerken en
opslaan.
1
U kunt de Garmin Drive app via de app store op uw telefoon
downloaden en installeren.
2
Schakel uw Garmin Dash Cam camera in en plaats het
toestel en uw smartphone binnen 3 m (10 ft.) van elkaar.
3
Open de Garmin Drive app op uw telefoon.
4
Selecteer een optie:
• Als dit het eerste Garmin toestel is dat u met uw
smartphone koppelt, accepteert u de Garmin Drive app-
licentieovereenkomsten.
• Als u een extra Garmin toestel of camera aan uw
smartphone koppelt, selecteert u Voeg een toestel toe .
5
Volg de instructies op het scherm om de koppeling en het
installatieproces te voltooien.
Het hoofdscherm van het app dashboard verschijnt. Als de
toestellen zijn gekoppeld, maken ze automatisch verbinding met
elkaar als ze worden ingeschakeld en binnen bereik zijn.
5