5.4.5. Onderdruk Hoogstand en Laagstand instellen
a) Druk op een willekeurige toets ( Ñ ; D of Ö).
b) Druk gedurende 2 seconden gelijktijdig op Ñ of D. Led 1, Led 4 of
led 5 knippert langzaam .
c) Druk op Ñ of D om naar led 4 te navigeren. Led 4 knippert
langzaam.
d) Druk op Ö . Led 1 (hoogstand) knippert snel. Led 4
brandt.
e) Druk op Ñ of D om de hoogstand in te stellen.
Druk op Ö . Led 2 (laagstand) knippert snel. Led 4
f)
g) Druk op Ñ of D om de laagstand in te stellen.
h) Druk op Ö . Led 3 knippert snel en de led van het actuele
klokprogramma brandt.
Opmerking
Als u nu geen klokprogramma wil instellen kunt u op de Ö toets
drukken.
i)
Druk op Ñ of D om het gewenste klokprogramma te selecteren.
j)
Druk op Ö. De leds geven de actuele status weer. Led 4 en Led 1
branden (Onderdrukregeling met alleen Toerentalregeling) Of
led 4 en led 3 en led 1 of led 2 branden (Onderdrukregeling met
Klokregeling in hoogstand of laagstand)
Voorbeeld: Status Onderdrukregeling actief
Opmerking
Vanaf fabriek staat de onderdrukregeling standaard op AAN
ingesteld.
Opmerking
Zodra de bovengrens of ondergrens wordt bereikt knipperen alle
leds kort.
Tip
Indien het kopieren van de instelling gewenst is kan worden
geteld hoeveel stappen vanaf de bovengrens, of de ondergrens,
zijn gebruikt.
ä
Let op!
De onderdrukregeling kan niet worden gecombineerd met een
externe klokregeling of bediening.
5.4.6. Klokprogramma activeren of uitzetten
Het Klokprogramma kan als volgt worden ingesteld:
a) Druk op een willekeurige toets Ñ ; D of Ö. (De actuele status
wordt getoond)
brandt.
b) Druk gedurende 2 seconden gelijktijdig op Ñ en D . Led 1 , led 4
of led 5 knippert langzaam.
c) Druk opÖ . Led 1 knippert snel. De actuele regeling brandt.
d) Druk opÖ . Led 2 knippert snel. De actuele regeling brandt.
e) Druk opÖ . Led 3 knippert snel en de leds van het actuele
klokprogramma branden.
f)
Druk op Ñ of D om het gewenste klokprogramma te selecteren.
g) Druk op Ö zodra het gewenste klokprogramma is bereikt. De
instelling wordt bewaard. De leds geven de actuele status weer
en branden continu.
Voorbeeld: Klokprogramma 1
Nr
1
2
3
4
Uit
Hoogstand
Aanduiding leds
Daarbuiten Laagstand
(zichtbaar tijdens wijzigen
kloktijden)
07:00-09:00
Led 1 brandt; led 3 knippert
12.00-14.00
17.00-20.00
06.30-09.00
Led 1 en 2 branden, led 3
11.30-14.00
knippert
16.30-20.00
07.00-20.00
Led 1, 2 en 4 branden, led 3
knippert
06.30-21.30
Led 1, 2 , 4 en 5 branden, led 3
knippert
Continue
Alleen led 3 knippert
23