Aansluitingen
Sluit de AM-kaderantenne aan.
Sluit de AM-kaderantenne aan op de
aansluitingen voor de AM-antenne op het
apparaat.
Trek vervolgens voorzichtig aan het snoer
om te controleren of de antenne stevig is
aangesloten.
Opmerkingen
Houd de AM-kaderantenne uit de buurt van het
apparaat en andere AV-apparatuur, omdat dit
ruis in de radio-ontvangst kan veroorzaken.
Controleer of de metalen draden (niet het
gedeelte dat is bedekt met isolatiemateriaal)
stevig in de antenneaansluitingen zijn geplaatst.
Sluit de FM-draadantenne aan.
Sluit de FM-draadantenne aan op de
aansluiting voor de FM-antenne op het
apparaat.
FM-draadantenne
NL
Opmerkingen
Wind de FM-draadantenne niet op tijdens het
gebruik.
Nadat u de FM-draadantenne hebt aangesloten,
moet u deze neerleggen zodat de antenne zo
parallel mogelijk met de vloer loopt.
Sluit de versterker aan.
Gebruik de bijgeleverde audiokabel om de
ANALOG OUT 1-aansluitingen van het
apparaat te verbinden met de ingang (TAPE,
MD, enzovoort) op de versterker. Zorg ervoor
dat u de gekleurde snoeren aansluit op de
bijbehorende aansluitingen op het apparaat:
rood (rechts) op rood en wit (links) op wit.
: Signaalverloop
Audiokabel
(bijgeleverd)
Naar de ingang (TAPE, MD,
enzovoort) van de versterker