Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

DJI RS 2-gebruikershandleiding
Gebruikersprofiel
Drie gebruikersprofielen kunnen worden ingesteld en opgeslagen.
Volgmodus: kies uit Richting en Kantelen volgen, FPV, Aangepast en 3D Roll 360.
Snelheid: met snelheid bepaalt u hoe snel de camera beweegt bij het omzetten van een
richting-, rol- of kantelbeweging.
Deadband: bepaalt hoeveel beweging de gimbal toestaat voordat deze wordt omgezet
in een richtings-, kantel- of rolbeweging van de camera.
Push (duwen): Nadat Push is ingeschakeld, kan de gimbal handmatig naar de
gewenste positie worden geduwd.

Bedieningsinstellingen

Channels (kanalen)
De kanaalindicator geeft feedback tijdens de configuratie van de afstandsbediening.
Richting-, kantel- en roll-kanalen kunnen opnieuw worden toegewezen en elke as kan
ook worden omgekeerd. Normaal betekent dat de richting van de beweging hetzelfde is
als de joystick. Omgekeerd betekent dat de richting van de beweging tegenovergesteld
is als die van de joystick.
Wanneer u de joystick gebruikt, kunt u alleen CH1 en CH3 bedienen, die standaard is
toegewezen aan kantel- en richtingassen. U kunt kanaaltoewijzing aanpassen door op
de naam van de as aan de rechterkant van het scherm te tikken.
Motion (beweging)
U kunt de besturing van de joystick instellen door de deadband, maximale snelheid,
smoothing (soepelheid) en eindpunten voor elke as aan te passen. Er zijn drie standaard
profielen voor alle instellingen.
Deadband: naarmate de waarde van de deadband toeneemt, zal er meer beweging
van de joystick nodig zijn om een beweging van de gimbal te krijgen.
Max. snelheid: hiermee kunt u de op afstand bestuurde rotatiesnelheid regelen.
Smoothing: hiermee kunt u de gevoeligheid van de gimbal regelen. Hoe lager de
smoothingwaarde, hoe gevoeliger de beweging van de gimbal is.
28
© 2020 DJI OSMO Alle rechten voorbehouden.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave