Inhoudsopgave
Advertenties
•
Schakelcontacten licht van meerdere melders direct
parallel schakelen.
•
Nalooptijd licht bij alle melders op korte impuls zetten.
•
De fasedraad met dezelfde fase voor alle melders gebruiken.
•
Trapverlichtingtijdschakelaar bijv. Theben ELPA 1
3
4
Aanwezigheidsmelder fungerend als
trapverlichtingtijdschakelaar
Een aanwezigheidsmelder neemt als Master de functie van
de trapverlichtingtijdschakelaar over. Bij de Master wordt de
DIP-switch op «corridor» ingesteld. Bij elke gedetecteerde
beweging of druk op de knop wordt de nalooptijd opnieuw
gestart. De verlichting kan echter niet met de drukknop
worden uitgeschakeld. Is het detectiebereik van één aanwe-
zigheidsmelder onvoldoende (grote ruimtes), dan kunnen
maximaal 10 aanwezigheidsmelders als Slave door verbinden
van de P-klemmen parallel worden geschakeld.
•
Master schakelt direct de verlichting.
•
Drukknop start de nalooptijd van de Master.
•
DIP-switch op «corridor» voorkomt uitschakelen met
drukknop.
•
Indien nodig, meer Slaves via de P-klem
parallelschakelen.
•
De fasedraad met dezelfde fase voor alle melders gebruiken.
•
Potentiometers en DIP-switches alleen bij de Master
instellen.
L
N
L'
Master: thePrema S360 -100 E
Slave: thePrema S360 Slave E
8. Instellingen
De aanwezigheidsmelders worden met een basisinstel-
ling gebruiksklaar geleverd. De vooraf ingestelde gegevens
zijn richtwaarden. Voor de inbedrijfname zijn optioneel de
L'
L'
managementafstandsbedieningen verkrijgbaar. Daarmee
kunnen alle potentiometerwaarden en DIP-switchinstellingen
op afstand worden ingesteld.
Instellingen schakelcontact licht kanaal A
Potentiometer lichtsterkte-schakelwaarde „Lux"
Met de potentiometer Lux kan de gewenste lichtsterkte-
schakelwaarde worden ingesteld. Het instelbereik ligt tussen
ca. 10 en 1000 lux. De voorinstelling in de fabriek is 300 lux.
Met de managementafstandsbediening kunnen lichtsterk-
te-schakelwaarden van 5 t/m 3000 lux worden ingesteld.
Volgens de norm EN 12464 worden de volgende instellingen
aanbevolen:
Doorgangszones (geen werkruimte)
Klaslokalen
Werkruimtes (kantoor, vergaderruimte)
Werkzaamheden die veel licht vereisen (laboratorium, teke-
nen, ...) 750 lux
De lichtsterktemeting kan worden gedeactiveerd. De lichtster-
kte heeft dan geen invloed en het kanaal A licht schakelt
altijd bij aan-/afwezigheid.
Deactivering van de lichtsterktemeting: potentiometer op
„on" instellen.
De lux-schaal geldt voor ruimtes met gemiddeld interi-
eur. Afhankelijk van montageplaats, lichtinval, meubilair en
reflexie-eigenschappen van de ruimte en de meubels wordt
aanbevolen de ruimtecorrectiefactor met de managementaf-
standsbediening aan te passen.
Potentiometer nalooptijd licht
De volgende richtwaarden hebben zich in de praktijk bewezen
en worden als instelling aanbevolen:
•
Doorgangszones (geen werkruimte ca. 5 min Klaslokalen
•
Werkruimtes (kantoor, vergaderruimte)
•
Bij instellingen tussen 2 en 30 min. varieert de nalooptijd
zelflerend in dit bereik.
Instelwaarden ≤ 2 min of ≥ 30 min blijven ongewijzigd.
Alleen bij instelling „eco" actief.
•
„Impuls" : Aansturing trapverlichtingtijdschakelaar
(0,5 s „on" / 10 s „off")
150 lux
300 lux
500 lux
ca. 10 min
ca. 10 min
5
Advertenties
Inhoudsopgave
