Bedieningshandleiding
Veiligheidsmodule
1.6 Waarschuwing voor foutief gebruik
Bij ondeskundig of niet-correct gebruik of manipulaties
kunnen bij gebruik van de veiligheidsmodule gevaren voor
personen of schade aan machine- of installatieonderdelen
niet uitgesloten worden. In dit opzicht moet u ook de
vereisten van de norm EN 1088 in acht nemen.
1.7 Uitsluiting van aansprakelijkheid
Wij zijn niet aansprakelijk voor schade en bedrijfsstoringen die
voortvloeien uit montagefouten of het niet naleven van deze
bedieningshandleiding. Voor schade die ontstaat vanwege het gebruik
van reserveonderdelen of toebehoren, die niet door de fabrikant
toegelaten zijn, is iedere vorm van aansprakelijkheid van de fabrikant
uitgesloten.
Om veiligheidsredenen is het eigenhandig herstellen, ombouwen
of veranderen van het component uitdrukkelijk verboden. Iedere
eigenmachtig uitgevoerde reparatie, ombouw of verandering is uit
veiligheidsoogpunt niet toegestaan, en ontslaat in voorkomend geval de
fabrikant van elke aansprakelijkheid en/of daaruit voortvloeiende schade.
De veiligheidsmodule mag uitsluitend gebruikt worden met gesloten
behuizing, d.w.z. met gemonteerde frontdeksel.
2. Productbeschrijving
2.1 Bestelgegevens
Deze bedieningshandleiding geldt voor de volgende types:
SRB 219IT
Alleen bij een correcte uitvoering van de montage, zoals in
deze handleiding beschreven, blijft de veiligheidsfunctie en
dus de conformiteit met de Machinerichtlijn behouden.
2.2 Speciale versies
Voor speciale versies die niet in de typesleutel onder 2.1 vermeld
worden, gelden de vermeldingen hiervoor en hierna, voor zover zij
overeenstemmen met de serieversies.
2.3 Bestemming en gebruik
De veiligheidsmodules voor gebruik in veiligheidscircuits zijn bedoeld
voor inbouw in schakelkasten. Zij dienen voor de veilige evaluatie
van de signalen van positieschakelaars met gedwongen verbreking
voor veiligheidsfuncties of magnetische sensoren aan zijdelings
verschuifbare, draaibare en afneembare beschermvoorzieningen,
noodstopbedienorganen en AOPD's.
De veiligheidsfunctie is gedefinieerd als het openen van de
vrijgavecontacten 13-14 en 23-24 en het vertraagde openen van de
vrijgavecontacten 37-38 bij het openen van de ingangen S11-S12
en/of S31-S32. De veiligheidsrelevante stroompaden met de
uitgangscontacten 13-14, en 23-24 voldoen, mits een B
heeft plaatsgevonden, aan de volgende eisen (zie ook "Specificaties
van DIN EN ISO 13849-1"):
– categorie 4 – PL e volgens DIN EN ISO 13849-1
– SIL 3 volgens DIN EN 61508-2
– SILCL 3 volgens DIN EN 62061
(stemt ereen met categorie 4 volgens DIN EN 954-1)
Het veiligheidsrelevante stroompad met het uitgangscontact 37-38
vervult, mits een B10d evaluatie heeft plaatsgevonden, de volgende
vereisten (zie ook "Specificaties van DIN EN ISO 13849-1"):
– categorie 3 – PL d volgens DIN EN ISO 13849-1
– SIL 2 volgens DIN EN 61508-2
– SILCL 2 volgens DIN EN 62061
(stemt overeen met categorie 3 volgens DIN EN 954-1)
Om het Performance Level (PL) volgens EN ISO 13849-1 van de
volledige veiligheidsfunctie (bijv. sensor, logica, actor) te bepalen, is
een beoordeling van alle relevante componenten vereist.
2
2.4 Technische gegevens
Algemene gegevens:
Voorschriften:
Klimaatbelasting:
Bevestiging:
Klembenaming:
Materiaal van de behuizing:
Materiaal van de contacten:
Gewicht:
Startvoorwaarden:
Met terugkoppeling:
Opkomvertraging bij automatische start:
Opkomvertraging met resetknop:
Afvalvertraging bij noodstop:
Mechanische gegevens:
Uitvoering van de
Kabeldoorsnede:
Aansluitkabel:
Aandraaimoment voor aansluitklemmen:
Met afneembare klemmen:
Mechanische levensduur:
Schokbestendigheid:
Trillingsbestendigheid volgens EN 60068-2-6:
Omgevingstemperatuur:
Opslag- en
Dichtingsgraad:
Lucht- en kruipwegen volgens IEC/EN 60664-1:
Storingsbestendigheid:
Elektrische gegevens:
Contactweerstand:
Verbruik:
Nominale bedrijfsspanning U
Frequentiebereik:
Zekering van de bedrijfsspanning:
Bewaakte ingangen:
Dwarssluitingsherkenning:
Kabelbreukdetectie:
Aardlekdetectie:
Aantal maakcontacten:
Aantal verbreekcontacten:
Leidingweerstand:
Uitgangen:
evaluatie
Aantal veiligheidscontacten:
10D
Aantal hulpcontacten:
Aantal signaaluitgangen:
Schakelvermogen van de veiligheidscontacten:
- 13-14, 23-24:
- 37-38:
Schakelvermogen van de hulpcontacten:
Beveiliging van de hulpcontacten:
Schakelvermogen van de signaaluitgangen:
Beveiliging van de veiligheidscontacten:
Zekering van de signaaluitgangen:
Externe hulpspanning:
NL
IEC/EN 60204-1, EN 60947-5-1,
EN ISO 13849-1, IEC/EN 61508
Snelbevestiging voor DIN-rail
Kunststof, glasvezelversterkte
Automatisch of startknop (bewaakt)
aansluiting:
min. 0,25 mm² / max. 2,5 mm²
transporttemperatuur:
:
e
interne elektronische smeltveiligheid,
max. 230 V / 6 A ohmsche last (inductief bij
geschikt beschermingscircuit);
AC-15: 230 V / 6 A; DC-13: 24 V / 6 A
max. 230 V / 6 A ohmsche last (inductief bij
geschikt beschermingscircuit)
AC-15: 230 V / 2 A; DC-13: 24 V / 2 A; min. 10 V / 10 mA
interne elektronische zekering F2,
SRB 219IT
EN 60068-2-78
volgens DIN EN 60715
EN 60947-1
thermoplast, geventileerd
AgSnO, zelfreinigend,
gedwongen uitgevoerd
360 g
Ja
typ. 60 ms
typ. 200 ms
typ. 15 ms
Schroefklemmen
stijf of flexibel
0,6 Nm
Ja
10 miljoen schakelingen
10 g / 11 ms
10...55 Hz,
amplitude 0,35 mm
−25 °C ... +45 °C
–40 °C ... +85 °C
Behuizing: IP40,
Klem: IP20,
Inbouwruimte: IP54
4 kV/2 (basisisolatie)
volgens EMC-richtlijn
max. 100 mΩ
max. 4,4 W / 5,2 VA
24 VDC: –15% / +20%,
Restspanning max. 10%,
24 VAC: –15% / +10%
50 Hz / 60 Hz
afschakelstroom F1 > 0,5 A;
reset na onderbreking van
de spanningstoevoer
optie
ja
ja
0
2
max. 40 Ω
3
1
8
41-42: 24 VDC / 2 A
41-42: 2 A traag
24 VDC: max. 10 mA
13-14, 23-24, 37-38:
6,3 A traag
afschakelstroom > 100 mA
A1.1: 24 VDC ± 10%