7.2
GELUIDSWEERGAVE
Houd er rekening mee dat u voor de geluidsweergave de juiste instellingen in het setupmenu moet
invoeren. Lees hiervoor het hoofdstuk „8.3 Geluidsinstellingen".
Luidsprekers aansluiten
1. Sluit de kabeleinden van de meegeleverde luidsprekerkabel aan de klemaansluitingen van de
luidspreker aan.
Opgelet: Verbind steeds + (rood) met + (rood) en – (zwart) met – (zwart).
2. Sluit de rechter luidspreker aan de aansluitingen SPEAKER OUTPUT R op de DVD-installatie aan, de
linker aan SPEAKER OUTPUT L.
Opgelet! Verbind steeds + (rood) met + (rood) en – (zwart) met – (zwart).
Digitale geluidsuitgangen
De DVD-installatie beschikt over 2 digitale geluidsuitgangen die met COAX en OPTICAL gekenmerkt zijn.
Aan deze uitgangen sluit u toestellen aan die de digitale geluidssignalen kunnen verwerken.
Opgelet! De toestellen moeten over een Dolby Digital decoder of DTS beschikken. Anders kan het
ongecontroleerd tot een heel hoog volume komen, waardoor uw luidsprekers kapot kunnen gaan.
Surround-systeem
Surround-systemen met Dolby Digital 5.1 decoder worden direct aan de 6 cinch-bussen CEN (center),
S.W (subwoofer) S.L, S.R (surroundluidsprekers), F.L en F.R (frontluidspreker) aan de achterzijde van de
speler aangesloten.
Tip: Naargelang uw installatie brengt u in het setupmenu onder AUDIO SETUP en LUIDSPREKR SETUP
de geluidsinstellingen aan.
Stereo-uitgang
Via de cinchaansluitingen L/R kunt u televisietoestellen of stereo-installaties aansluiten.
Koptelefoon aansluiten
Aan de voorkant van het toestel kunt u aan de bus HEADPHONE een hoofdtelefoon aansluiten. De
luidsprekers worden hierdoor automatisch uitgeschakeld.
ATTENTIE:Het luisteren naar te luide muziek of TV-geluid via een hoofdtelefoon kan tot beschadigingen
aan het gehoor leiden.
7.3
ANTENNEAANSLUITINGEN
FM-antenne
• Voor een goede FM-ontvangst sluit u met behulp van een antennekabel uw radio-huisantenne-
aansluiting aan de aansluiting FM aan.
• U kunt aan de aansluiting FM ook de meegeleverde werpantenne aansluiten. Wikkel de werpantenne
helemaal uit elkaar en richt de antenne zodanig dat de ontvangst van de FM-zenders (FM) goed is.
AM-antenne
• Voor een goede AM-ontvangst sluit u de bijgeleverde raamantenne op de aansluiting AM aan.
• Steek het antenneraam op de stelvoet.
• Richt de werpantenne zodanig dat de ontvangst van de middengolfzenders goed is.
7.4
MICROFOONAANSLUITINGEN
Aan de bussen MIC 1 en MIC 2 aan de achterzijde kunnen twee microfoons met 6,3 mm klinkstekker
aangesloten worden. Deze zijn nodig om de karakokefuncties te gebruiken.
Nederlands
13