Inhoudsopgave
Advertenties
XFP NETWERKBAAR ANALOOG ADRESSEERBAAR BRANDMELDPANEEL
RELAIS' ACTIVEREN/DEACTIVEREN
Met deze functie kunt u een of meer van de drie relais voor randapparatuur uitschakelen. Als u deze functie
selecteert en op de knop Bevestig
Paneelrelais :- 1
Selecteer het relais (1, 2 of 3) dat gedeactiveerd moet worden met de knoppen
Druk als het gewenste relais is geselecteerd op de knop Bevestig
Gedeactiveerd) van het betreffende relais gaat knipperen. Gebruik daarna de knoppen
Geactiveerd en Gedeactiveerd te schakelen en druk vervolgens op de knop Bevestig
accepteren. Het venster toont daarna het volgende relais om te activeren of deactiveren. Als u dat niet wilt,
druk dan op de knop Terug
COMPONENTEN ACTIVEREN/DEACTIVEREN
Met deze functie kunnen componenten in de lus worden gedeactiveerd zodat ze geen fouten, branden, pre-
alarms, enz. meer melden. Deze functie wordt doorgaans gebruikt om detectors/melders die vanzelf afgaan
uit te schakelen. Als u deze functie selecteert en op de knop Bevestig
er ongeveer zo uitziet:
Zone selecteren :1: Productieafdeling
Gebruik de knoppen
deactiveren/activeren zich bevindt. Als u deze functie selecteert en op de knop Bevestig
er een lijst van alle componenten in die zone die kunnen worden geactiveerd of gedeactiveerd,
bijvoorbeeld:
Productieafdeling:- 1: Herentoilet
Lus 1, Component 3: Actief
Gebruik de knoppen
component verschijnt op de knop Bevestig
betreffende component gaat knipperen. Gebruik daarna de knoppen
Gedeactiveerd te schakelen en druk vervolgens op de knop Bevestig
3
venster toont daarna het volgende component om te activeren of deactiveren. Als u dat niet wilt, druk dan
op de knop Terug
om naar het vorige menu terug te keren.
Opmerking: als alle ingangscomponenten in een zone individueel worden gedeactiveerd, wordt de zone in
z'n geheel ook gedeactiveerd.
heractiveren met de functie ZONES ACTIVEREN/DEACTIVEREN zoals beschreven op pagina 17, verschijnt er
een melding die zegt dat dat niet mogelijk is. U dient eerst minimaal een component in de zone te activeren
voordat u de zone zelf heractiveert.
STORINGSRELAIS ACTIVEREN/DEACTIVEREN
Met deze functie kun u het storingsrelais op het paneel bij een foutmelding onderdrukken. Als u deze
functie selecteert en op de knop Bevestig
Storingsrelais is:-
Actief
5
4
Gebruik de knoppen
de knop Bevestig
om uw keuze te accepteren. Als u dat niet wilt, druk dan op de knop Terug
het vorige menu terug te keren.
UITGANGSVERTRAGINGEN ACTIVEREN/DEACTIVEREN
Met deze functie kunt u vertragingen naar uitgangen globaal activeren/deactiveren om zoals geprogrammeerd
te functioneren. Als u deze functie selecteert en op de knop Bevestig
Vertragingen naar uitgangen zijn :
Actief
5
4
Gebruik de knoppen
de knop Bevestig
om uw keuze te accepteren. Als u dat niet wilt, druk dan op de knop Terug
het vorige menu terug te keren.
XFP GEBRUIKERS HANDLEIDING EN LOGBOEK • Documentgoedkeuringsnr. DFU2000514 Revisie 1 • pagina 18 van 28
4
drukt, verschijnt er een venster dat er ongeveer zo uitziet:
3
om naar het vorige menu terug te keren.
5
6
en
om de zone te selecteren waarin het component dat u wilt
5
6
4
en
om door de beschikbare componenten te scrollen. Druk als het gewenste
Als u een zone waarin geen actieve componenten zitten probeert te
4
6
en
om tussen Geactiveerd en Gedeactiveerd te schakelen en druk vervolgens op
6
en
om tussen Geactiveerd en Gedeactiveerd te schakelen en druk vervolgens op
4
en het statuslampje (Geactiveerd of Gedeactiveerd) van het
drukt, verschijnt het volgende venster:
4
5
6
en
.
5
en het statuslampje (Geactiveerd of
4
en
om uw keuze te
4
drukt, verschijnt er een venster dat
4
drukt, verschijnt
5
6
4
en
om tussen Geactiveerd en
om uw keuze te accepteren. Het
drukt, verschijnt het volgende venster:
6
om tussen
3
om naar
3
om naar
Advertenties
Inhoudsopgave
