De installatie in het kort (zie ook pagina 7, Overzicht, bedieningsmechanismen en aansluiting) :
1. Zet de droger op een plaats vanwaar de slang voor afvoer van vochtige lucht het beoogde
afvoerpunt kan bereiken. Zorg ervoor dat hij vlak en stabiel staat, zodat hij niet kan omvallen.
2. Sluit de kabel aan op een 1-fasig elektrisch contact van 230 V, beveiligd tot 10 A of maximaal
16 A. Aangezien het apparaat normaliter wordt gebruikt in vochtige, natte ruimtes, wordt
het gebruik van een aardlekschakelaar sterk aanbevolen.
3. Zet het apparaat met de linkerknop op het bedieningspaneel op stand Handmatig (Man). Stel
vast dat de ventilator start doordat het apparaat lucht blaast. Kijk in de aansluiting voor
vochtige lucht en stel vast dat de rotor linksom draait. Houd uw hand bij de aansluiting voor
vochtige lucht en controleer of de vochtige lucht lauw aanvoelt. Denk eraan dat het apparaat
een minuut of wat moet draaien voordat dat gemakkelijk kan worden vastgesteld. Controleer
of de zeef bij de inlaatopening van de turbine schoon is en niet is verstopt door vuil.
4. Sluit een slang voor afvoer van vochtige lucht aan en leid deze via het beoogde afvoerpunt
(opening in de muur, raam of waar in dit geval ook maar sprake van is) naar buiten. Let op
dat de slang vrij ligt en nergens in de knel komt.
5. Sluit de slangen aan die nodig zijn voor de uit te voeren werkzaamheden.
Vacuümdrogen
Slang vanaf de
inlaatopening van de
turbine via een filter
en waterafscheider
tot in de constructie.
Bij het drogen van ruimtes of vacuümdrogen moet de drogeluchtklep naar links zijn gezet,
zodat beide drogeluchtaansluitingen zijn geopend. Bij drogen met geforceerde lucht moet de
klep naar rechts worden gezet, zodat de rechter aansluiting sluit.
6. Als er een hygrometer moet worden gebruikt, sluit deze dan aan op de aansluiting voor de
hygrometer op het bedieningspaneel en stel de gewenste richtwaarde in. Verder moet de
© Corroventa Entfeuchtung GmbH
De slang voor afvoer van
vochtige lucht wordt
aangesloten op de
vochtigeluchtaansluiting
en naar buiten geleid.
Slang vanaf de
uitblaasopening van
de turbine de ruimte
uit, evt. via een
geluiddemper.
2017.10
Drogen met geforceerde lucht
De slang voor afvoer van
vochtige lucht wordt
aangesloten op de
vochtigeluchtaansluiting
en naar buiten geleid.
De droge lucht wordt de
turbine in geleid.
Slang vanaf de
uitblaasopening van de
turbine tot in de
constructie.
14 (25)