Bedieningshandleiding
Veiligheidsvergrendeling
Geïntegreerde contactkit 12/12 G (met LED)
Deur gesloten
➀
YE
+
14
21
22
41
42
Geïntegreerde contactkit 12/03 G (met LED)
Deur gesloten
➀
YE
+
12
21
22
41
42
AZM 161...-024-G (met LED)
➀
Deur gesloten
➁
Bediensleutel
➂
Deur vergrendeld
ruststroomprincipe
Toestand van het
magneet-
systeem
aansturing
Ruststroom
deur open
24 V
Deur gesloten, be-
24 V
diensleutel ingevoerd,
niet vergrendeld
Deur gesloten,
0 V
bediensleutel ingevoerd
en vergrendeld
arbeidsstroomprincipe
Toestand van het
magneet-
systeem
aansturing
Arbeidsstroom
deur open
0 V
Deur gesloten,
0 V
bediensleutel
ingevoerd,
niet vergrendeld
Deur gesloten,
24 V
bediensleutel
ingevoerd
en vergrendeld
6
Deur
➂
YE
vergrendeld
Magneet
➁
GN
Aan
51
52
64
71
72
A1
A2
Deur
➂
YE
vergrendeld
Magneet
➁
GN
Aan
51
52
64
71
72
A1
A2
LED
Geel
Groen
Geel
➀
➁
uit
aan
uit
aan
aan
uit
aan
uit
aan
LED
Geel
Groen
Geel
➀
➁
uit
uit
uit
aan
uit
uit
aan
aan
aan
5. Gebruik en onderhoud
5.1 Functietest
De veiligheidsfunctie van de veiligheidsschakelaar moet getest worden.
Hierbij moet vooraf het volgende gegarandeerd zijn:
1. Stevige bevestiging van bediensleutel en veiligheidsvergrendeling
2. Juiste uitvoering van de wartelinvoer en de aansluitingen
3. Eventuele schade aan de behuizing van de schakelaar
5.2 Onderhoud
Wij raden een regelmatige visuele inspectie en functietest aan, inclusief
de volgende stappen:
1. De veiligheidsvergrendeling en bediensleutel op juiste bevestiging
controleren
2. Verwijdering van stof en vuil
3. Controle van de kabelinvoer en -aansluitingen
Tijdens alle bedrijfsmatige levensfasen van de
veiligheidsschakelcomponent moeten constructief
en organisatorisch geschikte maatregelen voor de
manipulatiebeveiliging of tegen het manipuleren van de
veiligheidsvoorziening, bijvoorbeeld door het gebruik van
een vervangende bediensleutel, getroffen worden.
Beschadigde of defecte componenten moeten onmiddellijk
vervangen worden.
6. Demontage en afvalverwijdering
6.1 Demontage
De veiligheidsschakelaar mag uitsluitend in spanningsloze toestand
gedemonteerd worden.
6.2 Afvalverwijdering
Het veiligheidscomponent moet op een correcte manier volgens de
geldende nationale voorschriften en wetgevingen afgevoerd worden.
➂
➂
NL
AZM 161 I