3 Monteren
Procescondities
Bescherming tegen voch-
tigheid
Ventilatie
6
3
Monteren
3.1
Basisinstructies voor toepassing van het
instrument
Opmerking:
Het instrument mag uit veiligheidsoverwegingen alleen binnen de
toegestane procesomstandigheden worden gebruikt. De specificaties
daarvan vindt u in hoofdstuk " Technische gegevens" van de handlei-
ding resp. op de typeplaat.
Waarborg voor de montage, dat alle onderdelen van het instrument
die in aanraking komen met het proces, geschikt zijn voor de optre-
dende procesomstandigheden.
Daarbij behoren in het bijzonder:
•
Meetactieve deel
•
Procesaansluiting
•
Procesafdichting
Procesomstandigheden zijn in het bijzonder:
•
Procesdruk
•
Procestemperatuur
•
Chemische eigenschappen van het medium
•
Abrasie en mechanische inwerkingen
Bescherm uw instrument door de volgende maatregelen tegen het
binnendringen van vocht.
•
Gebruik passende aansluitkabel (zie hoofdstuk "Op de voedings-
spanning aansluiten")
•
Kabelwartel resp. stekkerverbinding vast aantrekken
•
Aansluitkabel voor kabelwartel resp. stekkerverbinding naar bene-
den toe installeren
Dit geldt vooral bij buitenmontage, in ruimten, waar met vochtigheid
rekening moet worden gehouden (bijvoorbeeld door reinigingspro-
cessen) en op gekoelde resp. verwarmde tanks.
Opmerking:
Waarborg, dat tijdens de installatie of het onderhoud geen vocht of
vervuiling in het inwendige van het instrument terecht kan komen.
Waarborg voor het behoud van de beschermingsklasse van het in-
strument, dat de deksel van de behuizing tijdens bedrijf altijd gesloten
en eventueel geborgd is.
De ventilatie van de elektronicabehuizing wordt gerealiseerd via een
filterelement bij de kabelwartels.
VEGADIF 85 • 4 ... 20 mA/HART SIL