LET OP!
Voordat u de deur van de
machine sluit, dient u erop te
letten dat de trommel goed
is gesloten.
11.3 Wasmiddelvakjes.
Wasmiddel en additieven
gebruiken
1. Doseer de gespecificeerde
wasmiddelen en de wasverzachter.
2. Doe het wasmiddel en de
wasverzachter in de juiste vakjes.
Volg altijd de instructies op
die u op de verpakking van
het wasmiddel aantreft. We
raden u wel aan het
maximaal aangegeven
niveau niet te overschrijden.
Deze hoeveelheid zal u
echter de beste
wasresultaten geven.
Wasmiddelvakje voor de voorwasfase.
De MAX-tekens geven het maximale niveau aan van de hoeveelheid
wasmiddel (poeder of vloeibaar).
Voeg wasmiddel toe (waspoeder of vloeibaar) als u een programma met
vlekbehandeling instelt.
Wasmiddelvakje voor de wasfase.
De MAX-tekens geven het maximale niveau aan van de hoeveelheid
wasmiddel (poeder of vloeibaar).
Vakje voor vloeibare toevoegingen (wasverzachter, stijfsel).
De
-markering geeft het maximale niveau aan voor vloeibare toevoegingen.
M
Klep voor waspoeder of vloeibaar wasmiddel.
NEDERLANDS
Voeg vloeibare wasmiddelen
toe aan een doseerbol
(geleverd door de fabrikant
van het wasmiddel). Plaats
de doseerbol in de trommel
van de wasmachine,
bovenop de kledingstukken.
23