Blaas de pijpleiding eerst door voordat u luchtleidings-
componenten gaat installeren, zodat aanslag, bezinksel
en dergelijke verwijderd wordt. Wees spaarzaam bij het
aanbrengen van vloeibare pakking op de schroefdraad,
en gebruik dat alleen op mannelijke schroefdraad. Monteer
het reduceerventiel zodanig dat de stroomrichting overeen-
komt met de pijl op het huis. Plaats het reduceerventiel zo
dicht mogelijk bij de apparatuur die het moet regelen.
Bevestigingsbeugels en moeren zijn verkrijgbaar. Zie blz. 10.
WAARSCHUWING
Om het risico te verkleinen van ernstig lichamelijk letsel,
zoals door vloeistofinjectie, vloeistofspatten in de ogen
of op de huid, of doordat de pomp onverwacht start,
moet het systeem voorzien zijn van een zelfontlas-
tende hoofdluchtkraan.
Breng de luchtkraan aan tussen de uitlaat van het lucht-
reduceerventiel en het apparaat waarvan het de druk
moet regelen. Bij het ontlasten van de luchtdruk in het
systeem moet de zelfontlastende hoofdluchtkraan ge-
sloten zijn, zodat de luchtdruk volledig kan ontsnappen.
4
308167
Installatie
De zelfontlastende hoofdluchtkraan is niet inbegrepen in
alle luchtreduceerventielsets, zodat de gebruiker de sets
op diverse verschillende manieren kan toepassen. Zie bij
TOEBEHOREN voor bestelgegevens van de kraan. Het is
ook mogelijk om nog een extra luchtkraan aan te brengen,
stroomopwaarts van het reduceerventiel, om dat zo bij
onderhoudswerk te kunnen isoleren.
Zorg dat alleen schone lucht naar het reduceerventiel wordt
gevoerd. Onregelmatige of slechte werking van de druk-
regeling is gewoonlijk het gevolg van vuil bij de schijf. Op
bladzijde 6, onder HERSTELLEN kunt u lezen hoe u het
reduceerventiel kunt schoonmaken.