KNX lichtsterkte regelaar (inbouw)
-
Geïntegreerde buskoppeling
-
Voeding via bus
-
Zenden van meetwaarde, schakel- en dimwaarden
-
Setpoint tijdens bedrijf veranderbaar
-
Regeling tijdens bedrijf uit- en inschakelbaar
4 Informatie voor elektromonteurs
4.1 Montage en elektrische aansluiting
GEVAAR!
Elektrische schok bij het aanraken van onderdelen in de montageomgeving die
onder spanning staan.
Elektrische schokken kunnen dodelijk letsel tot gevolg hebben.
Voordat werkzaamheden aan het apparaat worden uitgevoerd, moet het
stroomloos worden geschakeld en moeten spanningvoerende delen in de om-
geving worden afgedekt!
Montageplaats kiezen
Het apparaat meet helderheid op een werkoppervlak De montageplaats zodanig kiezen, dat het
werkoppervlak goed wordt geregistreerd.
Direct op de sensor vallend of door glanzende oppervlakken gereflecteerd licht vervalst het
meetresultaat en beïnvloedt de regeling. Voor storingsvrij bedrijf moet de regelaar alleen diffuus
gereflecteerd licht meten.
i In uitleveringstoestand is de lichtmeting geoptimaliseerd voor de montage op 2,5 m hoogte
direct boven een werkoppervlak op 0,75 m hoogte met ca. 30% reflectie. Bij andere in-
bouwsituaties de regelaar kalibreren (zie hoofdstuk 4.2. Inbedrijfname).
o
De helderheidsregelaar driect boven het werkoppervlak aan het plafond monteren (afbeel-
ding 2).
Afbeelding 2: Lichtgeleidende staaf met rechte lichtinval
H
Ruimtehoogte
a
Hoogte werkoppervlak
ø
Diameter meetoppervlak:
ø = (H – a) · 0,54
o
Wanneer montage direct boven het werkoppervlak niet mogelijk is, de helderheidsregelaar
zijwaarts verzet monteren (afbeelding 3). De registratieconus ligt dan zijdelings van het te
meten oppervlak.
82573023
J:0082573023
2/5
25.09.2012