NL
6.2 Sluiten van de lamellenlift CLIMBER
Indien de lamellenlift zich in open toestand bevindt, volstaat een simpele aanraking van de
sensorknop en de lamellen gaan omlaag.
7. Veiligheidsuitschakeling
De aandrijving beschikt over een veiligheidsuitschakeling in OPGAANDE en NEERGAANDE
richting.
7.1 Veiligheidsuitschakeling in OPGAANDE richting
Bevinden de lamellen zich in OPGAANDE richting en worden ze geblokkeerd of treedt er
plotseling, door een toenemende kracht, een blokkeringsherkenning op, dan wordt de motor
kortstondig uitgeschakeld en omgekeerd.
7.2 Veiligheidsuitschakeling in NEERGAANDE richting
Zodra de lamellen in de NEERGAANDE richting op een belemmering stoten, houdt de motor
halt en keert om. Deze omkering wordt niet binnen de onderste sluitafstand (ca. 5cm)
uitgevoerd, maar alleen daarboven. De volgende bewegingsrichting is dan OPGAAND.