Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Menu Gebruikersinstellingen: Parameters (Gedetailleerd); Het Menu Gebruikersinstellingen Gebruiken; Menu Installateurinstellingen - Daikin D2CND024A1AA Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

#
Beschrijving
U06
Ingestelde waarde voor
kamerthermostaat in verlaagde
stand
U07
Ingestelde waarde voor
aanvoertemperatuur in
dagstand
U08
Ingestelde waarde voor
aanvoertemperatuur in
verlaagde stand
U09
Comfortstand warm tapwater
afhankelijk gebruikersgegevens
U10
Instelpunt kamertemperatuur
gebruikt door Daikin Opentherm
kamerthermostaat 's nachts
Menu gebruikersinstellingen: parameters
(gedetailleerd)
#
Beschrijving
U00
Wanneer de buitensensor wordt gebruikt, registreert de
boiler, bovenop deze parameterwaarde van de
buitentemperatuur, het seizoen als zomer en zal hij de
centrale verwarming niet activeren ook wanneer er een
warmtevraag is. Omschakeling zomer-winter heeft een
hysteresis van ±1ºC.
d.w.z.: wanneer deze parameter wordt aangepast naar
20°C, schakelt de boiler om naar zomerstand bij 21°C
en terug naar winterstand bij 19°C.
U01
Deze waarde wordt gebruikt wanneer enkel de
buitensensor op de boiler is aangesloten (en geen
Opentherm kamerthermostaat). De parameter
verwarmingsgradiënt is belangrijk om de
weersafhankelijke compensatie af te stemmen op het
individuele verwarmingssysteem, het gebouw en de
thermische isolatie. De verwarmingsgradiënt kan
worden aangepast van 0 tot 40. Hij moet worden
verhoogd om de in de boiler ingestelde temperatuur
van de centrale verwarming te verhogen. In koudere
gebieden moet de waarde van de
verwarmingsgradiënt hoger worden ingesteld.
Noot: Om de weersafhankelijke compensatie in te
schakelen, moet de waarde van de
verwarmingsgradiënt hoger dan "5" zijn.
U02
ECO-stand centrale verwarming inschakelen/
uitschakelen.
1 = ingeschakeld, 0 = uitgeschakeld
U03
Comfortstand warm tapwater inschakelen/uitschakelen.
1 = ingeschakeld, 0 = uitgeschakeld
U04
Ingestelde waarde warm tapwater (zelfde functie kan
worden geregeld via de rechtse draaiknop wanneer de
stand warm tapwater ingeschakeld is).
U05
Wanneer een Aan-Uit kamerthermostaat en
buitensensor allebei aangesloten zijn, is de waarde van
deze parameter het instelpunt van de virtuele
kamertemperatuur wanneer er een warmtevraag is.
U06
Wanneer een Aan-Uit kamerthermostaat en
buitensensor allebei aangesloten zijn, is de waarde van
deze parameter het instelpunt van de virtuele
kamertemperatuur wanneer er geen warmtevraag is.
Noot: Deze parameterwaarde zal enkel actief zijn als
uw onderhoudsagent de reduceerstand heeft ingesteld.
Anders zal de stand "centrale verwarming" niet worden
geactiveerd als er geen warmtevraag is.
D2CND024A1/4AA + D2TND012~024A4AA
Wandgemonteerde condensatieboiler
3P469438-3D – 2017.07
Toe
Standa
Bereik
#
stel
ard
U07
°C
18
10~30
°C
50
35~80
U08
°C
35
35~80
1
1, 2 of
24
°C
18
10~30
U09
U10

Het menu gebruikersinstellingen gebruiken

1 Druk op de "Enter"-knop wanneer het
scherm van menuniveau 1 wordt getoond.
Gevolg: U kan de parameterwaarden zien op menuniveau 2.
2 Selecteer met de rechtse draaiknop een waarde tussen 00 en
10.
3 Druk op de "Enter"-knop wanneer de parameter die u wil
wijzigen wordt getoond.
Gevolg: U krijgt het scherm van menuniveau 3 te zien. Er
zullen pijltjes naar omhoog en naar omlaag verschijnen.
4 Wijzig de parameter met de rechtse draaiknop.
5 Druk op de "Enter"-knop om te bevestigen of op de knop
"Annuleren" om te annuleren. Nadat u op "Enter" of "Terug"
hebt gedrukt, keert u terug naar menuniveau 2
3.5.4
Enkel bevoegde personen mogen gebruik maken van het menu
Installateurinstellingen.
Beschrijving
Wanneer er een Aan-Uit kamerthermostaat is
aangesloten maar geen buitensensor is aangesloten, is
de waarde van deze parameter het instelpunt van de
watertemperatuur van de centrale verwarming wanneer
er een warmtevraag is.
Wanneer er een Aan-Uit kamerthermostaat is
aangesloten maar geen buitensensor is aangesloten, is
de waarde van deze parameter het instelpunt van de
watertemperatuur van de centrale verwarming wanneer
er geen warmtevraag is.
Noot: Deze parameterwaarde zal enkel actief zijn als
uw onderhoudsagent de reduceerstand heeft ingesteld.
Anders zal de stand "centrale verwarming" niet worden
geactiveerd als er geen warmtevraag is.
Als de parameter 1 is, zal de voorverwarming van de
comfortstand afhangen van de gebruikersgegevens.
Het water zal dan worden voorverwarmd op basis van
de gebruikersgegevens van de dag voordien.
Indien de parameter 2 is, zal de voorverwarming van de
comfortstand onafhankelijk van de gebruikersgegevens
gebeuren en met het hoogste comfortniveau (3-
sterrencomfort volgens EN 13302).
Als de parameter 24 is, zal de voorverwarming van de
comfortstand onafhankelijk van de gebruikersgegevens
gebeuren.
Noot: Indien u het comfortniveau verhoogt zal het
energieverbruik stijgen.
Instelpunt kamertemperatuur gebruikt door Daikin
Opentherm kamerthermostaat in nachtstand. Alleen
zichtbaar als er een Daikin Opentherm
kamerthermostaat is aangesloten.
a
b
a
Menuniveau 1
b
Menuniveau 2
c
Menuniveau 3

Menu Installateurinstellingen

3 Bediening
-pictogram op het
c
Gebruiksaanwijzing
9

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

D2cnd024a4aaD2tnd012a4aaD2tnd018a4aaD2tnd024a4aa

Inhoudsopgave