Gebruiksaanwijzing 3006
Verstreken tijd
Start
Stop
Herstart
Tussentijd
Start
Tussentijd
Loslaten tussentijd Stop
(
getoond)
Twee finishtijden
Start
Tussentijd
Stop
Eerste renner
Tweede renner
finisht.
finisht.
Tijd eerste
renner op display.
Timer
De timer kan worden ingesteld binnen een bereik van
Uren
Minuten
1 minuut tot en met 24 uur. Een alarm klinkt als de
timer 0 bereikt.
De aftelling loopt door, zelfs als u de timerfunctie
verlaat.
Alle bedieningen in deze sectie worden uitgevoerd in
de timerfunctie, die u selecteert door op
De timer gebruiken
Druk in de timerfunctie op
Seconden
het einde van de aftelling bereikt is en automatisch-
herhalen uitgeschakeld is, klinkt het alarm gedurende
10 seconden of totdat u deze stopt door op een
willekeurige knop te drukken. De afteltijd wordt
automatisch weer op de ingestelde starttijd ingesteld
als het alarm klinkt.
Druk tijdens een aftelling op
Druk nogmaals op
Om een aftelling volledig te stoppen, pauzeer deze
dan eerst (door op
vervolgens op
op de startwaarde ingesteld.
De timer instellen
1. Houd in de timerfunctie
timer-starttijd begint te knipperen, wat aangeeft dat
het instelscherm geselecteerd is.
2. Druk op
minuteninstelling te verplaatsen.
3. Gebruik terwijl een instelling knippert
(-) om deze te wijzigen.
O:OO
Stel
stellen.
4. Druk op
Alarmen
U kunt vijf onafhankelijke dagelijkse alarmen instellen.
Alarmnummer
Als een alarm is ingeschakeld, klinkt het alarmsignaal
als de alarmtijd bereikt is. Een van de alarmen is een
wekalarm terwijl de andere vier eenmalige alarmen zijn.
U kunt ook een uursignaal inschakelen waarna het
horloge elk heel uur twee keer een signaal geeft.
Er zijn in de alarmfunctie zes alarmschermen,
waarvan vier voor eenmalige alarmen (aangegeven
door nummers
een wekalarm (aangegeven door
Aan/uit-status
het uursignaal (aangegeven door
Alarmtijd
Alle bedieningen in deze sectie worden uitgevoerd
(Uren : Minuten)
in de alarmfunctie, die u selecteert door op
drukken.
Een alarmtijd instellen
1. Gebruik in de alarmfunctie
alarmschermen te bladeren totdat het alarm
waarvoor u de tijd wilt instellen, getoond wordt.
Toon een van de schermen aangegeven door alarmnummer
AL-4
om een eenmalig alarm in te stellen. Toon het scherm aangegeven
SNZ
door
om het wekalarm in te stellen.
Het wekalarm wordt elke vijf minuten herhaald.
2. Houd nadat u een alarm heeft geselecteerd
alarmtijd beginnen te knipperen, wat aangeeft dat het instelscherm geselecteerd is.
Door deze bediening wordt het alarm automatisch ingeschakeld.
3. Druk op
om het knipperen tussen de uur- en minuteninstelling te verplaatsen.
4. Gebruik als een instelling knippert
(+) en
Als u de alarmtijd instelt met gebruikmaking van 12-uur weergave, let er dan
op dat u de tijd correct als ochtendtijd (
P
(
indicator) instelt.
5. Druk op
om het instelscherm te verlaten.
Alarmbediening
Het alarm klinkt op de ingestelde tijd gedurende ongeveer 10 seconden, ongeacht in
welke functie het horloge is. In het geval van een wekalarm wordt de alarmoperatie
elke vijf minuten, in totaal zeven keer, uitgevoerd, of totdat u het alarm uitschakelt.
Door op een willekeurige knop te drukken stopt het alarmsignaal.
Door een van de volgende bedieningen uit te voeren gedurende een
5-minuten-interval tussen wekalarmen stopt de huidige wekalarmoperatie.
Het tijdfunctie-instelscherm tonen.
Het SNZ-instelscherm tonen.
Het alarm testen
Houd in de alarmfunctie
ingedrukt om het alarm te laten klinken.
Stop
Wissen
Wissen
Loslaten tussentijd Wissen
Tijd tweede
renner op display.
te drukken.
om de timer te starten.
om deze te pauzeren.
om de aftelling te hervatten.
te drukken) en druk
. Hierdoor wordt de afteltijd weer
ingedrukt totdat de
om het knipperen tussen de uur- en
(+) en
in om een starttijd van 24 uur in te
om het instelscherm te verlaten.
AL-1
AL-4
tot en met
, een voor
SNZ
) en een voor
SIG
).
te
om door de
AL-1
tot en met
A
ingedrukt totdat de uurcijfers van de
(-) om deze te wijzigen.
indicator) of middag/avondtijd
Een alarm in- en uitschakeln
Wekalarm-indicator
1. Gebruik in de alarmfunctie
selecteren.
2. Druk op
OF
(
getoond) te schakelen.
Door een eenmalig alarm (
AL-4
) in te schakelen, wordt de alarm-aan-indicator
op het alarmfunctiescherm getoond.
Door een wekalarm (
de alarm-aan-indicator en de wekalarm-aan-indicator
Aan/uit-status
op het alarmfunctie-wekalarmscherm getoond.
Alarm-aan-indicator
De alarm-aan-indicator wordt in alle functies
getoond als een willekeurig alarm is ingeschakeld.
De alarm-aan-indicator knippert terwijl het alarm klinkt.
De wekalarm-indicator knippert gedurende de
5-minuten-intervallen tussen de alarmsignalen.
Het uursignaal in- en uitschakelen
1. Gebruik in de alarmfunctie
SIG
(
) te selecteren.
2. Druk op
OF
(
getoond) te schakelen.
De uursignaal-aan-indicator verschijnt in alle
functies op het display als het uursignaal is
ingeschakeld.
Aan/uit-status
Uursignaal-aan-indicator
Verlichting
Het horloge maakt gebruik van een elektronisch
paneel waardoor het gehele display verlicht wordt
voor een gemakkelijke aflezing in het donker.
Verlichting voorzorgsmaatregelen
Het elektronische verlichtingspaneel neemt in
intensiteit af na langdurig gebruik.
De verlichting kan slecht zichtbaar zijn bij direct
invallend zonlicht.
Er kan geluid hoorbaar zijn als het display verlicht
wordt. Dit komt door de trilling van het elektronisch
verlichtingspaneel en duidt niet op een gebrekkig
functioneren van het horloge.
De verlichting schakelt automatisch uit als een
alarm klinkt.
Veelvuldig gebruik van de verlichting verkort de
levensduur van de batterij.
Het display verlichten
Druk in een willekeurige functie (behalve als een
instelscherm op het display is) op
in te schakelen.
U kunt de hieronder beschreven bediening gebruiken
om een verlichtingsduur van 1,5 of 3 seconden te
selecteren. Als u op
gedurende 1,5 of 3 seconden geactiveerd,
afhankelijk van de huidige instelling.
De verlichtingsduur specificeren
1. Houd in de tijdfunctie
cijfers beginnen te knipperen, wat aangeeft dat het
instelscherm geselecteerd is.
2. Druk terwijl de secondecijfers knipperen op
tussen een verlichtingsduur van 1,5 seconde (
3 seconden (
3. Druk op
Referentie
Deze sectie bevat meer gedetailleerde en technische informatie over de bediening
van het horloge. Het bevat ook belangrijke voorzorgsmaatregelen en noten over de
verschillende mogelijkheden en functies van dit horloge.
Knopbedieningssignaal
Het knopbedieningssignaal klinkt telkens wanneer u op
een willekeurige knop van het horloge drukt. U kunt het
knopbedieningssignaal desgewenst in- of uitschakelen.
Zelfs als u het knopbedieningssignaal uitschakelt,
klinken het alarm-, uur- en timerfunctie-alarmsignaal
normaal.
Het knopbedieningssignaal in- of uitschakelen
Houd in een willekeurige functie (behalve als een instelscherm op het display is)
ingedrukt om tussen het knopbedieningssignaal aan (
uit (
getoond) te wisselen.
Als u
ingedrukt houdt om het knopbedienings signaal in of uit te schakelen,
wijzigt ook de huidige functie van het horloge.
De
indicator wordt in alle functies getoond als het knopbedieningssignaal is
ingeschakeld.
Automatische-terugkeer-functies
Als u in de alarmfunctie gedurende twee tot drie minuten geen knop indrukt, gaat
het horloge automatisch naar de tijdfunctie.
Als u gedurende twee tot drie minuten cijfers of een cursor op het display laat
knipperen zonder een bediening uit te voeren, slaat het horloge automatisch alle
instellingen op die u tot op dat moment heeft ingevoerd en verlaat het het
instelscherm.
Bladeren
De knoppen
en
worden in diverse functies en instelschermen gebruikt om
door de gegevens op het display te bladeren. In de meeste gevallen bladert u ver-
sneld door de gegevens als u deze knoppen ingedrukt houdt.
Initiële schermen
Als u de wereldtijd- of alarmfunctie selecteert, verschijnen eerst de gegevens die u
bekeek toen u de laatste keer de functie verliet.
om een alarm te
ON
om het alarm in (
getoond) of uit
AL-1
tot en met
SNZ
) in te schakelen, wordt
om het uursignaal
om het signaal in (
ON
getoond) of uit
om de verlichting
drukt, blijft de verlichting
ingedrukt totdat de seconde-
om
) of
) te wisselen.
om het instelscherm te verlaten.
niet getoond) en
2