M
1
:
7
8
54
Uitzonderingsperiodes instellen
In een uitzonderingsperiode wordt een bepaald
dagprogramma regelmatig geactiveerd. Bijvoorbeeld
in het volgende geval:
In verband met het 100 jarige bestaan van uw bedrijf
wordt een feest gegeven. De feestcommissie wil dit
feest goed organiseren en het besluit daarom
regelmatig in de kantine te vergaderen. De
vergaderingen zijn gepland in de periode van 7
september tot en met 21 december, om de twee
weken, van 7 tot 9 uur 's avonds. Tijdens deze
vergaderingen wil de feestcommissie een
aangename temperatuur in de kantine.
Stel het volgende:
In dagprogramma 6 is de periode van 19.00 tot
•
21.00 uur als bloktijd ingevoerd (zie hiervoor).
Regelmodule KL:1 is de schakelklok voor de
•
kantine.
De eerste uitzonderingperiode wordt ingesteld.
•
De begin- en einddatum van een uitzonderings-
periode, het interval van 14 dagen en de keuze van
het dagprogramma worden nu ingesteld.
Stel eerst toegangsniveau 4 in (zie paragraaf 4.2).
Roep de functie op die u wilt instellen. In dit
voorbeeld is dat functie UITZ. PER. 1 met
functienummer KL:01:78.
Druk op de Menutoets. Het functiegroepenmenu
verschijnt op het scherm.
Versie 4.50 of ouder. Druk op de Menukeuzetoets
onder KL.
Versie 4.50 en ouder.Toets 1 in met de cijfertoets.
Alleen versie 5.10 en hoger. Druk op de
Menukeuzetoets onder KL:01.
Toets het functienummer in. In dit voorbeeld :78.
Gebruikershandleiding HCsystem 410/610