Download Print deze pagina

Kavan Piper J-3 Cub Handleiding pagina 4

Advertenties

50...Breng zwarte spanlak op de cilinders aan.
51...Lijm de cilinders op de neus van de romp. Snij de papieren koelplaten uit het bouwplan. Buig en lijm deze op de
neus van het model en verf deze met zwarte spanlak.
52...De landingsgestelbekledingen #64 bekleden en met spanlak bedekken. Schuur de bovenste rand passend ten
opzichte van de romp en lijm aan beide zijden #46 in positie. Wikkel bekledingspapier om de voorzijde van #64, om
het landingsgesteldraad te bekleden en breng in correct uitgelijnde positie spanlak aan.
53...Verf de wielen zwart en schuif deze op de assen. Markeer en trim de assen op correcte lengte. Borg de wielen op
de as met een klein stukje kunststof slang, die op de as wordt gelijmd.
54...Bekleed de wielbekledingen met bekledingspapier. Plak het "CUB"-aftrekplaatje erop en lijm de bekledingen
voorzichtig op de wielen .
55...Aanvullende details die getrouw zijn aan het origineel kunnen nu indien gewenst op het landingsgestel worden
aangebracht. Deze details zijn op het plan afgebeeld en moeten in afneembare vorm worden aangebracht, om schade
tijdens het vliegen te vermijden.
56...Lijm de staartwielconstructie op het model.
57...Lijm de voorruit op het model. Snij de zijvensters uit de kunststof, pas ze aan en lijm ze in positie vast.
58...Teken de omtrek van de deur op de romp en de koersroeren op de draagvlakken.
59...Markeer de scharnierposities op de roervlakken.
60...Schuif de stabilo in de gleuf in de romp en lijn het centraal uit. Controleer voorzichtig de correcte uitlijning van de
stabilo en lijm het vervolgens in positie vast.
61...Snij enkele korte stukken koperdraad af en lijm deze als scharnieren voor de koersroeren op de posities op de
stabilo. Daarna de koersroeren inhangen.
62...Het kielvlak in de romp schuiven en daarna vastlijmen. Zorg ervoor, dat dit verticaal ten opzichte van de koersroer
is uitgelijnd. Vervolgens richtingsroer met scharnieren op kielvlak en romp aanbrengen.
63...Lijm de draad voor simulatie van de roeraansturingen in positie.
64...Lijm de draagvlakken op de romp en gebruik daarbij de V-meethulp #88, om de correcte hoek te krijgen.
65...Bouw de draagvlakschoren op het bouwplan. Schuur de randen van de schoren rond en bekleed deze met
bekledingspapier en spanlak.
66...Trim de schooreindes op een lengte waarmee de schoren goed op hun posities passen en lijm ze vervolgens
vast.
67...Maak de schoren van de 1/16 in² balsalijsten, die al met bekledingspapier zijn bekleed.
68...Bouw de propeller en sluit de motor aan. Installeer propeller en motor met de 3/32" plug, om de motor op het
achterste einde van de motor te bevestigen.
69...Probeer om het model op het aangegeven punt op het bouwplan in te stellen. Indien het model naar achteren
hangt (wat waarschijnlijk het geval is), maakt u een namaakgeluidsdemper van het 1/8" soldeermateriaal, wat ook in
het bouwpakket zit. Lijm de geluidsdemper op het model. Indien het model correct in evenwicht is of naar voren
hangt, maakt u de geluidsdemper van restbalsa van een van de lasergesneden plankjes, lijmt u deze vast en verft
deze zilver.
70...Breng het model nogmaals in evenwicht en breng, indien nodig, voor de op het bouwplan afgebeelde correcte
instelling aanvullend gewicht met modelmassa aan.
Veiligheidsregels
1...Vlieg met uw model op ruime, open plekken, die vrij zijn van obstakels, personen of privébezit.
2...Vlieg niet met uw model in de buurt van stroomkabels, bomen, wegen of gebouwen. 3...Probeer nooit
om een model los te maken, dat is blijven hangen aan een stroomleiding, in een boom, op een dak of een
ander hoog punt.
4...Neem minimaal 150" (= ca. 4 m) afstand van evt. toeschouwers, voordat u uw model start.
5...Start uw model nooit direct gericht op een andere persoon of object.
6...Houd uw vingers op afstand van een roterende propeller en probeer ook niet, om deze met uw vingers of
hand te stoppen. Steek ook geen andere objecten in een roterende propeller.
7...Vlieg alleen met uw model bij rustig weer met een lichte bries. Vlieg niet met uw model bij harde wind.
Uw eerste vluchten
1...Zorg ervoor dat alle stuurvlakken recht en niet verdraaid zijn.
2...Draai de motor met ca. 100 omwentelingen op.
3...Richt de neus van het model tegen de windrichting in.
4...Laat de propeller los en gooi het vliegtuig, nadat de propeller begonnen is met draaien, voorzichtig richting een
punt op de grond, ca. 100' (= ca. 30 m) voor u. Om de optrekomwentelingen van de motor te verhogen, stelt u het
model in om cirkels te vliegen. Verdere instellingen kunnen worden aangebracht, door de roervlakken licht te buigen.
5...Een correct getrimd model draait eerst naar rechts, terwijl het met motoraandrijving opstijgt. Als de motoraandrijving
zwakker wordt, vliegt het eerst horizontaal en zweeft dan in rechte cirkels naar beneden.
4

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Hrr103