KNX led-controller 5-voudig
4 Informatie voor elektrotechnici
Montage en elektrische aansluiting
GEVAAR
Elektrische schok bij het aanraken van onderdelen in de montageomgeving die onder spanning staan.
Elektrische schokken kunnen dodelijk letsel tot gevolg hebben.
Voordat werkzaamheden aan het apparaat worden uitgevoerd, moet het spanningsloos worden
gemaakt en moeten alle onderdelen in de omgeving die onder spanning staan, worden afgedekt!
Montage
•
Apparaat op DIN-rail monteren.
Aansluiting
L
N
( )
max. 25 A
l
< 50 m
1
DC+ DC–
+
A
+
B
Voorwaarden:
- Voedingseenheid (5 ... 48 V DC)
- KNX/EIB-busverbinding
Voor positie van de aansluitingen zie constructie apparaat.
•
Voedingsspanning conform aansluitschema op DC+ en DC- aansluiten. (afb. 3)
Led DC-POWER brandt geel.
i Bij voedingsspanning met een nominale stroom van< 25 A en overbelastings- resp. overstroombeveiligingsfunctie
hoeft geen zekering te worden gebruikt.
•
KNX aansluiten.
•
Led-module conform aansluitschema (afb. 3) en tabel (afb. 4) aansluiten.
Geadviseerde dimfrequentie: tot 488 Hz
Technische gegevens aanhouden:
Max. last per kanaal niet overschrijden.
Max. totaalstroom van alle vijf kanalen niet overschrijden.
Max. leidinglengten niet overschrijden.
Aderdiameter niet over- of onderschrijden.
0024022100
l
+ l
1
2
l
2
+
C
+
D
+
E
-
+
-
+
KNX-Bus
Fig. 3 en fig. 4: Aansluiting
Channel/
Mode
RGBCCT
< 50 m
RGBW +
< 50 m
1 x IC
RGB +
2 x IC
RGB +
TW
2 x TW +
1 x IC
1 x TW +
3 x IC
CCT: Correlated Color Temperature
RGBW: Red, Green, Blue, White
IC: Independent Channel
CW: Cold White
WW: Warm White
TW: Tunable White
3 / 5
A
B
C
D
R
G
B
CW
R
G
B
W
R
G
B
IC
R
G
B
CW
IC
CW1 WW1 CW2 WW2
IC
IC
IC
CW
E
WW
IC
IC
WW
WW
01.12.2021