eenmaal op de muziektoets. Wanneer de radio aan is, wordt het symbool
op
het scherm weergegeven.
Houd de vooruitspoel- of terugspoeltoets enkele seconden ingedrukt om naar
radiozenders te zoeken. Druk op de stoptoets om het zoeken naar nieuwe zenders
stop te zetten. Om een gevonden zender nauwkeurig af te stemmen, drukt u op de
vooruitspoel- of terugspoeltoets terwijl het zendernummer op het scherm
knippert.
Druk op de bel-/speeltoets om een gevonden zender op te slaan in het geheugen
van de hoofdtelefoon. U kunt maximaal 20 zenders in het geheugen opslaan. De
geheugenlocatie van de actieve zender staat achter de indicator
. Als u een
zender opslaat terwijl alle geheugenlocaties in gebruik zijn, vervangt de nieuwe
zender de zender die op dat moment in de geheugenlocatie staat.
Druk op de vooruitspoel- of terugspoeltoets om een opgeslagen zender te
selecteren en te beluisteren.
Druk op de muziektoets of houd de stoptoets ingedrukt om de radio uit te
schakelen.
Als u een zender wilt verwijderen, moet u de standaardinstellingen van de
hoofdtelefoon herstellen. Alle opgeslagen zenders worden gewist.
Om het standaard-FM-radiobereik (87,5 t/m 108 MHz) te wijzigen in het in Japan
gebruikte bereik (76 t/m 90 MHz), houdt u de vooruitspoel- en terugspoeltoets
tegelijk ingedrukt totdat de het nieuwe frequentiebereik wordt weergegeven. Als
u het bereik verandert, worden alle opgeslagen zenders opnieuw ingesteld.
Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
17