Bevestiging
Bevestiging op inbouwdoos
Bevestig de sokkel met behulp van gepaste schroeven op de inbouwdoos.
De sokkel bevat gaten met een hartafstand van 60 en 85 mm.
Opbouwmontage (Fig. A)
- Plaats de sokkel op de voorziene plaats en markeer met een potlood de stand
van de 2 bevestigingsgaten (60 of 85 mm).
- Boor een gat met een diameter van 5 mm.
- Bevestig de sokkel met behulp van de meegeleverde schroeven en pluggen.
Voor de kabeldoorvoer aan de
oppervlakte moet u de 2 verbin-
dingsstukken losmaken en ze
tussen het plafond en de sokkel
over de 2 gekozen bevestigings-
gaten plaatsen.
Demontagebeveiliging (optioneel)
(Fig. B).
De optionele vergrendeling is
bedoeld om het ongewenst verwijde-
ren van de melder door onbevoeg-
den te verhinderen. Knip met behulp
van een kniptang de borgpen af.
De melder kan nu alleen nog
worden geopend met behulp van
een platte schroevendraaier.
Plaats de 2 pijlen op de montage-
sokkel en op de rookmelder recht
tegenover elkaar. Draai dan de
rookmelder met de wijzers van de
klok mee tot dat eind aanslag
bereikt is.
De rookmelder kan niet op de sokkel
worden gemonteerd als de batterij
niet in het batterijvak zit. Let er op
dat de blokkering niet geforceerd
wordt bij de montage !
A
B
5
Verbindings-
stukken
(11 mm)