De functie Spaarstand
De camera is uitgerust met een spaarstand. In de volgende
gevallen wordt de camera uitgeschakeld. Druk op de knop ON/OFF
om de camera weer in te schakelen.
Opnamemodus
Weergavemodus
Aangesloten op een
printer
* Deze tijdsduur kan worden gewijzigd.
De spaarstand wordt niet ingeschakeld bij een diashow of
wanneer de camera is aangesloten op een computer.
U kunt de instellingen voor de spaarstand wijzigen
Ongeveer drie minuten nadat er voor het laatst
een camerafunctie is gebruikt, wordt de camera
uitgeschakeld. Eén minuut* nadat er voor het laatst
een camerafunctie is gebruikt, wordt het LCD-scherm
automatisch uitgeschakeld, zelfs als [Automatisch Uit]
is ingesteld op [Uit]. Druk op een andere knop dan de
knop ON/OFF of wijzig de stand van de camera om
het LCD-scherm weer in te schakelen.
Ongeveer vijf minuten nadat er voor het laatst een
camerafunctie is gebruikt, wordt de camera
uitgeschakeld.
(p.
26).
19