Bijvoorbeeld als u even wilt uitrusten en op de Page wilt gaan zitten. In deze situa-
tie is het absoluut noodzakelijk om de parkeerrem in te schakelen!
C) Rijrichting vergrendelen
De twee achterwielen kunnen daarnaast vastgezet worden, zodat ze niet meer kunnen
zwenken en van richting veranderen.in de richting van de achterwielen vastgezet worden.
Druk het voetpedaal licht in om de rijrichting te vergrendelen.
Remafstelling:
De remmen zijn correct afgesteld als de achterwielen blokkeren wanneer de handremmen
worden gebruikt. De wielen moeten niet door de rem heen kunnen rollen.
Afstellen en controleren van de handrem:
De sterkte van de handremmen kan heel precies afgesteld worden via twee serviceklepjes
in het frame achter het voorwiel. U opent deze met een torq inbussleutel.
Bij het afstellen van de remkabel moet eerst de borgmoer «2» losgedraaid worden. Draai
vervolgens de schroefmof «1» losser of vaster, tot de juiste instelling van de rem is gevon-
den. Om te voorkomen dat deze instelling verandert, moet de schroefmof «1» weer met
de borgmoer «2» worden vastgezet.
Om de remkracht te verminderen draait u in de hierboven beschreven procedure de schro-
efmof "1" de andere kant op.
2
1
Trek hiervoor de remhendel
met uw vingers omhoog en
doe vervolgens beide ver-
grendelbeugels naar voren,
waarmee u de remhendels
vastzet. De parkeerrem is nu
actief. Om deze weer los te
maken, doet u beide ver
grendelbeugels naar
achteren .
nl
9