Het uitvoeren van testen
Toetsen:
Start opname, het U,I,f LOGGER RUN scherm wordt weergegeven.
Schakelen tussen selecteren of gedeselecteren van actieve signalen
(indien SIGNALS scherm geopend is).
Open het SIGNALS scherm (indien 'Signals' is geselecteerd). In dit
scherm kunnen signalen worden geselecteerd voor opname.
Selecteer 'Interval' en 'Signals' opties.
Scroll tussen spanning en stroom (indien SIGNALS scherm is
geopend)..
Wijzig interval periode (in 'interval'setup).
Change interval period (in "Interval" setup).
Keer terug naar het U,I,f MENU.
Keer terug naar het U,I,f MENU.
Sluit het SIGNALS scherm (indien deze geopend is)
6.2.2 U,I,f – LOGGER RUN schermen
Wanneer de gebruiker de opname heeft gestart, zal dit scherm automatisch
verschijnen.In deze functie worden signaal grafieken weergegeven samen met de
daarbij horende details.
Beschikbare signaalcombinaties zijn:
U
U
U
Fase spanning (x = 1 ÷ 3).
Xmin
Xmax
Xavg
I
I
I
Fase stroom (x = 1 ÷ 3).
Xmin
Xmax
Xavg
U
I
Fase spanning en stroom paren
Xavg
Xavg
(x = 1 ÷ 3).
U
U
U
Gemiddelde spanning van alle fasen.
1avg
2avg
3avg
I
I
I
Gemiddelde stroom van alle fasen.
1avg
2avg
3avg
In de bovenste rij worden de volgende waarden getoond:
- Minimum, maximum en gemiddelde data van de laatste interval,
- Verstreken tijd.
De data van alle intervallen worden tevens weergegeven in een grafiek. De laatste
interval verschijnt in het rechtergedeelte en zal naar links verplaatsen als er nieuwe
intervallen bijkomen. De meting is compleet wanneer de eerste interval datum het
linkerdeel van het display bereikt (dit is na 150 intervals) of handmatig wordt gestopt.
De weergegeven grafieken worden altijd automatisch geschaald op basis van de
standard waarden. In tegenstelling tot de scope functie kunnen signalen niet handmatig
worden geschaald.
30
Versie 001