6. Additionele functies
6.1 "REL" functie
Druk de REL knop in om deze functie te activeren en de meetwaarde op te slaan en in de
verdere meting het verschil tussen de opgeslagen en gemeten waarde te tonen. Het
meetbereik wordt vastgezet als de REL functie is geactiveerd en het meetbereik zal tussen de
originele waarde en de volle schaal zijn. Druk nogmaals op de REL knop om de functie uit te
schakelen.
Om de REL functie te kunnen gebruiken moet de MIN/MAX functie uitgeschakeld zijn.
6.2 Automatische uitschakel functie
Het toestel wordt automatisch uitgeschakeld als er circa 15 minuten geen functie is
geactiveerd. Om de automatische uitschakelfunctie uit te stellen kan de keuzeschakelaar of
1 van de knoppen bediend worden.
Om deze functie te deactiveren moet bij het aanzetten van het toestel de knop
HOLD/backlight worden ingedrukt bij het aanzetten. Gedurende 1 sec komt in het display de
melding "P.OFF" getoond.
13