Inhoudsopgave
Advertenties
Netontkoppelaar
4. Drukcontact voor aan-/uitschakelen (
ontkoppelt de netontkoppelaar de betreffende stroomkring automatisch van het net zodra er
geen verbruikers meer zijn ingeschakeld. In de stand „uit ( )" wordt de stroomkring niet
ontkoppelt.
3 Functie
De netontkoppelaar wordt geïnstalleerd in een stroomkring en ontkoppelt deze van de wissel-
spanning, zodra alle verbruikers van deze stroomkring zijn uitgeschakeld. Hierdoor worden door
de woninginstallatie veroorzaakte elektromagnetische wisselvelden in gevoelige woon-ruimten
en de daarmee verbonden straling voorkomen.
Tijdens de netontkoppeling wordt een 230 V DC bewakingsspanning op de stroomkring gezet.
Het apparaat maakt niet spanningsloos!
In ontkoppelde toestand geven VDE-goedgekeurde fasetesters de bewakingsspanning aan.
Zodra een verbruiker wordt ingeschakeld, schakelt de netontkoppelaar de bewaakte fase weer
in.
Een veelvoud van gangbare verbruikers, b.v. gloeilampen, Berker Tronic-trafo's, compacte TL-
lampen, stofzuigers, worden zonder aanvullende basisbelastingmodule herkend. Dankzij het
schakelconcept van de netontkoppelaar hoeven de in- en uitschakeldrempel niet handmatig te
worden afgesteld.
Wanneer er continuverbruikers (b.v. wekkerradio, telefoon, alarminstallatie, ...) op de
stroomkring zijn aangesloten, wordt deze niet ontkoppelt.
De tijdens netontkoppeling aanwezige bewakingsspanning voedt b.v. verlichte druk-
contacten to max. 8 mA. Tijdens netontkoppeling is de werking van op de stroomkring
aangesloten elektronische jaloezieen rolluikbesturingen of draadloze bussystemen beperkt.
4 Informatie voor elektromonteurs
4.1 Montage en aansluiten
GEVAAR!
Gevaar voor elektrische schokken bij aanraking van spanningsvoerende delen.
Elektrische schokken kunnen de dood tot gevolg hebben.
Voor de werkzaamheden aan het apparaat vrijschakelen. Onderdelen onder
spanning in de omgeving afdekken!
Wanneer meerdere netontkoppelaars in één onderverdeelkast worden geïnstalleerd,
moeten deze op verschillende rails of met een afstand van een halve TE tot de naastgelegen
netontkoppelaar worden gemonteerd voor voldoende warmteafgifte (let op het toegestane
temperatuurbereik!)
DRU0136
) van de netontkoppelaar. In de stand „aan ( )"
Page 2/5
05/2012
Advertenties
Inhoudsopgave
